Tips
Na het laden is de eerste 300 mm van het substraat tussen de veegrol en het afdrukgebied niet geveegd. U
●
kunt die afstand toevoegen als bovenmarge in uw RIP, of u kunt het substraat heen en weer bewegen in het
menu Substrate (Substraat) om dat gebied schoon te vegen alvorens af te drukken.
Om het meeste voordeel te verkrijgen van de veegrol moet u er voor zorgen dat de pivot table in de
●
binnenste positie staat, zodat het substraat maximaal contact met de veegrol heeft.
Voor sommige vinylsubstraten kunt u de prestaties optimaliseren door de invoerspanning tot 30 N·m te
●
verhogen in de voorinstelling voor uw substraat. Zie
Als het vegen niet effectief genoeg is, overweeg dan het gebruik van een langzamer afdrukmodus of het
●
toevoegen van vertragingen tussen de passages in de substraatvoorinstellingen om meer doorgangen van
de rol per doorvoer van het substraat toe te staan.
Vervanging
Het schuim van de veegrol gaat niet onbeperkt mee en moet worden vervangen als het veel is gebruikt. De
●
printer volgt de lengte van het substraat dat geveegd is door de rol, en geeft een waarschuwing wanneer
het aan vervanging toe is.
Pak de rechtereinddop met het tandwiel van de oude rol en steek het tandwiel in de vervangende eenheid.
●
Zet vervolgens de teller Replace wiper roller (Veegrol vervangen) op het frontpaneel van de printer op nul.
●
Dubbelzijdig afdrukken
De printer kan worden gebruikt om beide zijden van het substraat af te drukken op de volgende manier:
OPMERKING:
wanneer de tweede kant wordt afgedrukt.
Overzicht
1.
Vertel de printer of de RIP dat u op beide zijden wilt afdrukken.
Dubbelzijdig afdrukken kan worden geselecteerd in de RIP-software of op het frontpaneel van de printer.
De RIP-instelling gaat voor: als dubbelzijdig in de RIP-software wordt in- of uitgeschakeld, wordt de
instelling op het frontpaneel genegeerd.
2.
De printer drukt de inhoud af die u op de eerste kant wilt zien. Na iedere taak drukt de printer een zwarte
referentielijn af die wordt gebruikt om de overeenkomende taak op de tweede kant af te stemmen.
3.
Als alle taken van zijde A zijn afgedrukt, snijdt en verwijdert u het substraat.
4.
Plaats het gesneden substraat nu onderste boven en begin aan het einde. De referentielijn die het einde
van de eerste zijde markeert, moet met de voorkant omlaag gericht zijn en bij de voorrand.
5.
De printer vindt de referentielijn en gebruikt deze om op de tweede zijde op de juiste plaats met afdrukken
te beginnen.
OPMERKING:
het frontpaneel om bevestiging omdat een dergelijke beweging de juiste uitlijning tussen de twee zijden
verhindert.
NLWW
De afdruk moet minimaal 28 cm breed zijn, anders kan de printer de referentielijn niet vinden
Als u het substraat probeert te verplaatsen tijdens het afdrukken op een van de kanten, vraagt
Een substraatvoorinstelling wijzigen op pagina
97.
Dubbelzijdig afdrukken
81