Foutcode
21.2:10
21,5:03
25.n:10 (waarbij n = het
nummer van de inktpatroon)
27.1:00
27.n:01 (waarbij n = het
nummer van de sleuf in de
printkop)
29:00
29:01
29.1:01
29.2:00
32:01
32:01,1, 32:01,2
NLWW
Aanbeveling
Fout onderhoudspatroon
1.
Schakel de printer uit.
2.
Verwijder de onderhoudspatroon en plaats deze opnieuw.
3.
Schakel de printer in.
4.
Als de fout aanhoudt, vervangt u de onderhoudspatroon.
Het onderdeel dat de onderhoudspatroon laat bewegen, is geblokkeerd.
1.
Schakel de printer uit.
2.
Verwijder de onderhoudspatroon en plaats deze opnieuw.
3.
Schakel de printer in.
4.
Als de fout aanhoudt, vervangt u de onderhoudspatroon.
Er is een mogelijke fout gedetecteerd in de druksensor van de inktcartridge. Het aangegeven inktniveau
is mogelijk niet nauwkeurig. Neem indien mogelijk contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Verschillende geblokkeerde spuitmondjes zijn gedetecteerd in de optimizer-printkop. Als de
afdrukkwaliteit niet aanvaardbaar is, reinigt of vervangt u de printkop.
Er is een groot aantal geblokkeerde spuitmondjes gedetecteerd in een of meer printkoppen. Kalibreren
kan zijn mislukt als gevolg van lage printkopprestaties. Reinig alle printkoppen en controleer hun
status.
De onderhoudspatroon (onderdeelnummer CZ681A) is bijna vol. Hij moet binnenkort worden
vervangen.
De onderhoudspatroon is niet juist geplaatst.
1.
Open de onderhoudspatroonklep aan de rechterzijde van de printer.
2.
Zorg ervoor dat de onderhoudspatroon goed op zijn plaats zit en sluit dan de klep.
3.
Als de fout aanhoudt, vervangt u de onderhoudspatroon.
Kan de status van de onderhoudspatroon niet volgen. Controleer visueel of de
printkoponderhoudscartridge het juiste statuspatroon heeft.
Kan de printkopreinigingsrol niet vooruitbewegen. Vervang de onderhoudspatroon.
De opvangspoel is losgekoppeld. Als u de opvangspoel wilt gebruiken, zet u de printer uit en controleert
u of alle opvangspoelkabels verbonden zijn (sensorkabels, printerkabel). Als u hem niet wilt gebruiken,
moet u mogelijk het substraat handmatig van de opvangspoel halen. Denk eraan dat u het substraat
eerst afsnijdt.
Deze fout treedt op wanneer de spanningsbalk langer dan 8 seconden in een van de posities staat
waarbij de sensor wordt ingeschakeld. De meest waarschijnlijke oorzaken van deze fout zijn de
volgende:
De wikkelspoelschakelaar op de opwikkelspoelmotor is geactiveerd, maar het substraat is nog
●
niet met tape op de opwikkelspoel bevestigd.
De verkeerde opwikkelspoel is geselecteerd.
●
Iets blokkeert de beweging van de spanningsbalk.
●
Het substraat volgt niet het juiste pad tussen het draagijzer en de omleider.
●
Foutmeldingen op het voorpaneel 189