9. Overige functies
9.4 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg)
6) Klik op [Toepassen] om de instellingen op te slaan.
Wanneer de verificatie instelling ingeschakeld is, dan zijn de volgende
instellingen nodig. (64)
7) Klik op [Beveiligingsinstellingen] in het hoofdmenu.
8) Klik op [Netwerkbeheer] en voer het gewenste wachtwoord in.
* Zie N.B.
9) Klik op [Toepassen] om de instellingen op te slaan.
N.B.
• Het wachtwoord is hetzelfde voor Netwerkbeheer poort1 (Poort: 23),
Netwerkbeheer poort2 (Poort: 9715), PJLink poort (Poort: 4352),
My Image poort (Poort: 9716) en Messenger poort (Poort: 9719).
• De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten
van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd,
moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerkverbinding opnieuw
starten vanaf Netwerk resetten in het hoofdmenu. (75)
116