6
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
6.2.1 Een enkele kamer
Vloerverwarming of radiatoren – Bedrade kamerthermostaat
Uitgebreide handleiding voor de installateur
34
OPMERKING
Er kan een overdrukomloopklep in het systeem worden geïntegreerd. Denk erom dat
deze klep mogelijk niet op de afbeeldingen wordt getoond.
Opstelling
A Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B Een eenpersoonskamer
a Speciale interface voor menselijk comfort (BRC1HHDA gebruikt als
kamerthermostaat)
▪
Voor meer informatie over de aansluiting van de elektrische bedrading op de
unit, zie:
-
"9.2 Aansluitingen op de
-
"9.3 Aansluitingen op de
▪
De vloerverwarming of radiatoren zijn rechtstreeks op de binnenunit
aangesloten.
▪
De kamertemperatuur wordt geregeld door de speciale interface voor menselijk
comfort (BRC1HHDA, die als kamerthermostaat gebruikt wordt).
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪
#: [2.9]
▪
Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪
#: [4.4]
▪
Code: [7-02]
Voordelen
▪
Grootste comfort en effectiviteit. De slimme kamerthermostaatfunctie kan de
gewenste aanvoerwatertemperatuur verhogen of verlagen op basis van de
werkelijke kamertemperatuur (aanpassing). Dit resulteert in volgende zaken:
-
Een stabiele kamertemperatuur die aan de gewenste temperatuur voldoet
(groter comfort)
-
Minder AAN/UIT-cycli (stiller, groter comfort en grotere effectiviteit)
-
De laagst mogelijke aanvoerwatertemperatuur (grotere effectiviteit)
A
B
4
buitenunit" [
120]
4
binnenunit" [
123]
2 (Kamerthermostaat): De unit werkt
op basis van de omgevingstemperatuur
van de gebruikersinterface.
0 (1 zone): Primair
a
Waarde
ERLA11~16DAV3+W1 + EBVH/X11+16S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P643602-1 – 2021.09