9
|
Elektrische installatie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
124
Onderdeel
Bediening ruimtekoeling/-
verwarming
Omschakeling naar regeling
externe warmtebron
Digitale ingangen
energieverbruik
Veiligheidsthermostaat
Smart Grid
Kamerthermostaat
(bedraad of draadloos)
Warmtepompconvector
Beschrijving
Zie
"9.3.7 De AAN/UIT-output van de ruimtekoeling/
verwarming
aansluiten" [
Zie
"9.3.8 De omschakeling naar de externe
warmtebron
aansluiten" [
Zie
"9.3.9 De digitale inputs voor het energieverbruik
4
aansluiten" [
137].
Zie
"9.3.10 De veiligheidsthermostaat (normaal
gesloten contact)
aansluiten" [
Zie
"9.3.11 Een Smart Grid
Zie onderstaande tabel.
Draden: 0,75 mm²
Maximale stroomsterkte: 100 mA
Voor de primaire zone:
▪
[2.9] Bediening
▪
[2.A] Thermostaattype
Voor de secundaire zone:
▪
[3.A] Thermostaattype
▪
[3.9] (alleen-lezen) Bediening
Er zijn verschillende controllers en
opstellingen mogelijk voor de
warmtepompconvectoren.
Afhankelijk van de opstelling moet u ook een
relais plaatsen (ter plaatse te voorzien, zie
bijlageboek voor optionele uitrustingen).
Voor meer informatie, zie:
▪
Installatiehandleiding
warmtepompconvectoren
▪
Installatiehandleiding van de opties voor de
warmtepompconvectoren
▪
Bijlageboek met optionele uitrustingen en
apparatuur
Draden: 0,75 mm²
Maximale stroomsterkte: 100 mA
Voor de primaire zone:
▪
[2.9] Bediening
▪
[2.A] Thermostaattype
Voor de secundaire zone:
▪
[3.A] Thermostaattype
▪
[3.9] (alleen-lezen) Bediening
4
135].
4
136].
4
138].
4
aansluiten" [
139].
van
ERLA11~16DAV3+W1 + EBVH/X11+16S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P643602-1 – 2021.09
de