15
|
Opsporen en verhelpen van storingen
15 Opsporen en verhelpen van storingen
In dit hoofdstuk
15.1 Overzicht: Probleemoplossing
15.2 Voorzorgsmaatregelen bij het opsporen en verhelpen van storingen
Uitgebreide handleiding voor de installateur
266
15.1
Overzicht: Probleemoplossing................................................................................................................................................ 266
15.2
Voorzorgsmaatregelen bij het opsporen en verhelpen van storingen ................................................................................. 266
15.3
Problemen op basis van symptomen oplossen ..................................................................................................................... 267
15.3.1
Symptoom: De unit verwarmt of koelt NIET zoals verwacht ................................................................................ 267
15.3.2
Symptoom: warm water bereikt de gewenste temperatuur NIET ....................................................................... 268
15.3.3
Symptoom: De compressor start NIET (ruimteverwarming of verwarming van het tapwater)........................... 268
15.3.4
Symptoom: Het systeem maakt gorgelende geluiden na de inbedrijfstelling...................................................... 268
15.3.5
Symptoom: de pomp is geblokkeerd ..................................................................................................................... 270
15.3.6
Symptoom: De pomp maakt lawaai (cavitatie) ..................................................................................................... 271
15.3.7
Symptoom: De drukveiligheidsklep gaat open ...................................................................................................... 271
15.3.8
Symptoom: De waterdrukveiligheidsklep lekt....................................................................................................... 272
15.3.9
Symptoom: De ruimte wordt NIET voldoende verwarmd bij lage buitentemperaturen ..................................... 272
15.3.10 Symptoom: De druk op het aftappunt is tijdelijk abnormaal hoog....................................................................... 273
15.3.11 Symptoom: de tankdesinfectiefunctie wordt NIET volledig uitgevoerd (storing AH) .......................................... 273
15.4
Problemen op basis van storingscodes oplossen .................................................................................................................. 274
15.4.1
De help-tekst weergeven in geval van een storing ............................................................................................... 274
15.4.2
Storingscodes: Overzicht........................................................................................................................................ 275
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen ingeval van problemen.
Het bevat informatie over:
▪
Problemen op basis van symptomen oplossen
▪
Problemen op basis van storingscodes oplossen
Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen
Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor de hand
liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte bedrading.
WAARSCHUWING
▪
Controleer STEEDS of de spanning op de unit is afgesloten vooraleer de
schakelkast
stroomonderbreker uit.
▪
Als een veiligheidstoestel geactiveerd werd, moet u de unit uitschakelen en
controleren waarom het veiligheidstoestel werd geactiveerd vooraleer deze te
resetten. Shunt NOOIT een veiligheidstoestel of wijzig zijn waarde niet in een
waarde verschillend van de standaardinstelling. Indien u de oorzaak van het
probleem niet kunt vinden, neem dan contact op met uw dealer.
GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE
van
de
unit
te
controleren.
Schakel
de
respectievelijk
ERLA11~16DAV3+W1 + EBVH/X11+16S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P643602-1 – 2021.09