Kabelstang voor
maaihoogte-instelling afstellen
Controleer de schuinstand van het maaidek om de 100
bedrijfsuren, jaarlijks of telkens wanneer u het maaidek
monteert. Alvorens de schuinstand van het maaidek te
controleren, moet u ervoor zorgen dat de voor- en
achterbanden de aanbevolen spanning hebben; zie
Bandenspanning controleren, blz. 23. Als de voorkant van
het maaidek niet 4 tot 11 mm lager staat dan de achterkant,
moet u de schuinstand afstellen.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Schakel de maaimessen (aftakas) uit.
3. Stel de parkeerrem in werking.
4. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
5. Verwijder het contactsleuteltje.
6. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
7. Zet de onderste pen voor de afstelling van de
voorwielophanging in de onderste positie van de
sleufgaten door te draaien aan de twee (M12-) moeren
op de voorwielophanging (Fig. 36).
8. Zet de maaihoogtehendel in stand 1.
Opmerking: De voorste maatwielen van de
maaimachine moeten op de grond rusten.
9. Draai aan de M8-borgmoer op het uiteinde van de stang
voor de hoogte-instelling totdat de stang enigszins strak
staat (Fig. 38).
Figuur 38
1. M8-borgmoer
2
1
m-4935
2. Stang voor
maaihoogte-instelling
33
De grasvanger een
onderhoudsbeurt geven
Grasvanger verwijderen
1. Pak de grasvanger met beide handen vast en kantel deze
naar voren (Fig. 39).
Figuur 39
2. Schuif de hele grasvanger voorzichtig naar achteren van
de steunbeugels af.
Grasvanger leegmaken
1. Til de grasvanger met beide handen omhoog.
2. Kantel de grasvanger ongeveer 40 graden naar voren en
schuif deze voorzichtig op de twee steunbeugels op de
achterkant van de tractor (Fig. 39).
Opmerking: Zorg ervoor dat het pijltje op de bovenkant
van de grasvanger in één lijn staat met het pijltje op de
tractor. Het maaidek zal niet functioneren als de grasvanger
niet is gemonteerd.
Grasvanger en tunnel reinigen
Als de openingen in de grasvanger verstopt raken met vuil
of gras of als de VOL-sensor van de grasvanger vuil is,
moet de grasvanger worden gereinigd.
1. Schakel de maaimessen (aftakas) uit.
2. Stel de parkeerrem in werking.
3. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
4. Verwijder het contactsleuteltje.
5. Verwijder de grasvanger, zie Grasvanger verwijderen,
blz. 33.
6. Spoel de grasvanger schoon met een hogedrukreiniger.
7. Veeg de omgeving van VOL-sensor van de grasvanger
schoon.