langzaam in. De motor moet binnen 1–3 seconden
afslaan. Verhelp het probleem als het systeem niet
naar behoren werkt.
De machine slepen
In noodgevallen kan de machine over een korte afstand
worden gesleept. Toro adviseert echter hiervan geen
standaard procedure te maken.
Belangrijk: U mag de machine niet sneller
dan 1,6 km/uur slepen omdat hierdoor het
aandrijfsysteem kan worden beschadigd. Als de
machine over een afstand van meer dan 45 meter
moet worden verplaatst, moet u deze vervoeren
op een vrachtwagen of een aanhanger. De wielen
kunnen blokkeren als de machine met te hoge
snelheid wordt gesleept. Als dit gebeurt, moet u
stoppen met slepen en wachten totdat de druk
in het circuit van de aandrijving is gestabiliseerd
alvorens de machine met een lagere snelheid
verder te slepen.
Inrijperiode
Voor de inrijperiode is 8 uur genoeg.
Aangezien de eerste bedrijfsuren van cruciaal belang
zijn voor de betrouwbaarheid van de machine in
de toekomst, moet u de werking en de prestaties
van de machine scherp in het oog houden zodat
kleine gebreken die later grote problemen kunnen
veroorzaken, worden opgemerkt en verholpen.
Controleer de machine tijdens de inrijperiode veelvuldig
op olielekken, losse bevestigingen of andere gebreken.
Gebruikseigenschappen
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het werktuig
voor specifieke instructies voor het werktuig.
Oefen u in het rijden met de machine, omdat de
gebruikseigenschappen ervan anders zijn dan die van
een aantal andere bedrijfsvoertuigen. Twee punten
waarop u moet letten bij het gebruik van deze machine,
zijn de transmissie en het motortoerental.
Om het motortoerental enigszins constant te houden,
moet u het tractiepedaal langzaam intrappen. Hierdoor
kan de motor zich aanpassen aan de rijsnelheid van
de machine. Als u daartegenover het tractiepedaal
snel intrapt, vermindert het motortoerental en zal er
dientengevolge niet genoeg koppelvermogen zijn om
de machine voort te bewegen. Om daarom maximaal
vermogen naar de wielen over te brengen, moet u
de gashendel op Snel zetten en het tractiepedaal licht
intrappen. U kunt echter met maximale snelheid zonder
belasting rijden als u de gashendel op Snel zet en het
tractiepedaal langzaam maar volledig intrapt. Kortom,
houd altijd het motortoerental altijd hoog genoeg voor
maximaal koppervermogen naar de wielen.
Het gebruik van de machine vereist
oplettendheid en om te voorkomen dat u
omkiept of de controle over het stuur verliest.
• Wees voorzichtig als u bunkers in- en
uitrijdt.
• Ga zeer voorzichtig te werk in de buurt
van greppels, sloten of andere gevaarlijke
punten.
• Ga voorzichtig te werk als u op een steile
helling werkt.
• Verminder uw snelheid als u een scherpe
bocht maakt of draait op een helling.
• Vermijd plotseling stoppen en starten.
• Zet de machine niet van de achteruit-stand
in de vooruit-stand voordat de machine
volledig tot stilstand is gekomen.
Opmerking: Als de werktuigkoppeling blijft
vastzitten aan de koppeling van de tractie-eenheid, moet
u een wringijzer/schroevendraaier in de sleuf steken
om beide delen van elkaar los te maken (Figuur 18).
1. Sleuf
21
1
G003783
Figuur 18