In bepaalde omstandigheden kan tijdens het
tanken statische elektriciteit worden ontladen
waardoor vonken ontstaan die benzinedampen
tot ontbranding kunnen brengen. Brand of
explosie van benzine kan brandwonden bij u of
anderen en materiële schade veroorzaken.
• Zet benzinevaten altijd op de grond en uit
de buurt van het voertuig voordat u de tank
bijvult.
• Vul benzinevaten niet in een vrachtwagen
of aanhanger, omdat bekleding of kunststof
beplating het vat kan isoleren, waardoor
de afvoer van statische lading wordt
bemoeilijkt.
• Als het praktisch mogelijk is, kunt u het
beste een machine met een benzinemotor
eerst van de vrachtwagen of aanhanger halen
en bijtanken als de machine met de wielen
op de grond staat.
• Als dit niet mogelijk is, verdient het de
voorkeur dergelijke machines op een truck
of aanhanger bij te vullen uit een draagbaar
vat, niet met behulp van een vulpistool van
een pomp.
• Als u een vulpistool moet gebruiken, dient
u de vulpijp voortdurend in contact met de
rand van de brandstoftank of de opening van
het vat te houden, totdat u klaar bent met
bijvullen.
Benzine is schadelijk of dodelijk bij inname.
Langdurige blootstelling aan dampen kan
leiden tot ernstig letsel en ziekte.
• Voorkom dat u dampen lange tijd inademt.
• Houd uw gezicht uit de buurt van een
vulpijp en de opening van een tank of een
blik met conditioner.
• Houd benzine uit de buurt van ogen en huid.
1. Maak de omgeving van de dop van de brandstoftank
schoon (Figuur 14).
2. Verwijder de dop van de brandstoftank.
3. Vul de benzinetank tot ongeveer 2,5 cm vanaf
de bovenkant van de tank (de onderkant van de
vulbuis). Niet te vol vullen. Plaats daarna de dop
terug.
1. Dop van brandstoftank
4. Om brandgevaar te voorkomen, moet u gemorste
brandstof opnemen.
Belangrijk: Gebruik nooit methanol, benzine
die methanol bevat, gasohol die meer dan
10% ethanol bevat, benzine-additieven,
superbenzine of wasbenzine omdat dit kan
leiden tot schade aan het brandstofsysteem.
Geen olie bij de benzine mengen.
Het peil van de hydraulische
vloeistof controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Het reservoir van het hydraulische systeem is in de
fabriek gevuld met ongeveer 18,9 liter hoogwaardige
hydraulische vloeistof. Controleer het peil van de
hydraulische vloeistof voordat de motor voor
het eerst wordt gestart, en vervolgens dagelijks.
Aanbevolen wordt het reservoir bij te vullen met de
volgende hydraulische vloeistof:
Toro Premium All Season hydraulische vloeistof
(verkrijgbaar in emmers van 19 liter of vaten van 208 liter.
Raadpleeg de onderdelencatalogus of de Toro dealer voor
de onderdeelnummers).
Andere vloeistoffen: Als de Toro vloeistof
niet beschikbaar is, kunt u andere vloeistoffen
gebruiken mits deze voldoen aan alle volgende
materiaaleigenschappen en industriespecificaties. We
raden af een synthetische vloeistof te gebruiken.
Vraag uw smeermiddelenleverancier naar een geschikt
product.
Opmerking: Toro aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt
door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen.
Gebruik daarom uitsluitend producten van
18
Figuur 14