Opnamemenu
Witbalans onderwater: de kleurtinten aanpassen tijdens de onderwaterfunctie
De kleurtinten worden aangepast tijdens de
(Autom.)
(Onderwater 1)
(Onderwater 2)
(Flitser)
• Afhankelijk van de kleur van het water is soms geen goede instelling mogelijk, ongeacht of [Onderwater
1] of [Onderwater 2] wordt geselecteerd.
• Bij opnemen met een flitser in een andere functie dan [Flitser], wordt [Witbalans onderwater] ingesteld op
[Autom.].
Flitsniveau: hiermee kunt u de hoeveelheid flitslicht instellen
Hiermee kunt u de hoeveelheid flitslicht instellen.
(–)
(Normaal)
(+)
• Zie pagina 26 voor meer informatie over het wijzigen van de flitsfunctie.
• Als het onderwerp te licht of te donker is, heeft deze aanpassing mogelijk geen invloed.
Voor meer informatie over de bediening
-functie (Onderwater) (pagina 31).
De camera past automatisch de kleurtinten onder water aan,
zodat die er natuurlijk uit zien.
Hiermee kunt u de onderwateromstandigheden instellen
wanneer blauw sterk is.
Hiermee kunt u de onderwateromstandigheden instellen
wanneer groen sterk is.
Hiermee kunt u het gebruik van de flitser onder water
instellen.
Naar –: het flitsniveau wordt lager.
Naar +: het flitsniveau wordt hoger.
1 pagina 47
63