Een diavoorstelling weergeven
1
Voer de stappen 1 t/m 4 uit van "De
"Fotoalbum" lijst gebruiken".
De "Fotoalbum" lijst wordt afgebeeld.
Schakelen zonodig om tussen de
albumlijst en de JPEG-
beeldbestandslijst.
2
Selecteer een album of JPEG-
beeldbestand met M/m, en druk
daarna op H.
De diavoorstelling start.
Als u op H drukt terwijl u een JPEG-
beeldbestand selecteert, start de
diavoorstelling vanaf het geselecteerde
JPEG-beeldbestand.
Een diavoorstelling stoppen
Druk op x (stoppen) of O RETURN.
Een diavoorstelling pauzeren
Druk op X (pauze).
Het volgende/vorige beeld bekijken
tijdens een diavoorstelling
Druk op ./>.
Een beeld vergroten
Druk tijdens een diavoorstelling
herhaaldelijk op ZOOM.
Bij iedere druk op ZOOM, verandert de
vergrotingsfactor zoals hieronder
aangegeven.
2× t 4× t normale vergroting
U kunt het gedeelte dat u wilt vergroten
verplaatsen met </M/m/,.
Een beeld roteren
Druk tijdens een diavoorstelling
herhaaldelijk op ANGLE.
Bij iedere druk op ANGLE, draait het beeld
90º rechtsom.
z Tip
U kunt een diavoorstelling starten door "Start
Diashow" te selecteren op het submenu.
JPEG-beeldbestanden op
de vaste schijf beheren
SYSTEM
MENU
1
Druk op SYSTEM MENU.
Het systeemmenu verschijnt.
2
Selecteer "Fotoalbum" en druk op
ENTER.
Het "Fotoalbum" menu verschijnt.
3
Selecteer "Bekijk/Bewerk foto's op de
harddisk" en druk op ENTER.
De "Fotoalbum" lijst wordt afgebeeld.
4
Selecteer een album of JPEG-
beeldbestand, en druk daarna op ,.
Het submenu verschijnt.
5
Kies een optie en druk op ENTER.
U kunt de volgende bewerkingen
uitvoeren op het album/JPEG-
beeldbestand.
"Start Diashow": Start de diavoorstelling
(pagina 95).
"Nieuw album": Maakt een nieuw album
aan.
"Albumopties"
• "Wis album": Wist het geselecteerde
album.
• "Kopieer inhoud album": Kopieert alle
JPEG-beeldbestanden in het
geselecteerde album naar de vaste
schijf (pagina 90).
</M/m/,,
ENTER
95
,wordt vervolgd