Inhoudsopgave
Advertenties
Planning
4.3
Installatieplaats buitenunit
4.3.1
Vereisten voor de installatieplaats
GEVAAR
Brandbaar koudemiddel!
Gevaar van ernstige tot levensbedreigende brandwonden.
► De buitenunit alleen in open lucht opstellen.
Bij de keuze van de installatieplaats op het volgende letten:
– De warmtepomp moet van alle zijden toegankelijk zijn.
– De warmtepomp beschermen tegen beschadiging d.m.v. bouwkundige maatregelen.
– Indien nodig de installatie opnemen in de bliksem- en overspanningsbeveiliging.
– Niet opstellen in een nis of tussen twee muren, om luchtkortsluitingen en geluidsreflecties te
voorkomen.
– De leidingen moeten beschermd tegen vorst of met isolatie worden gelegd.
– De muur- en kabeldoorvoeringen luchtdicht uitvoeren.
– In gebieden met veel sneeuwval of op zeer koude plaatsen de bodemconsole (toebehoren) gebruiken,
en een afdak aan het gebouw plaatsen.
– Sterke wind kan de beluchting van de verdamper storen.
De uitblaaszijde niet tegen de hoofdwindrichting in installeren.
De uitblaas haaks op de hoofdwindrichting positioneren en een stabiel windscherm installeren.
– Thermische isolatie, elektrische aansluitleidingen, kabelgoten/-buizen enz. tegen mechanische
beschadiging beschermen, en bestendig tegen weersinvloeden en UV-straling uitvoeren.
Voor de luchtaanzuiging letten op het volgende:
– Afstand van de aanzuiging tot een muur minstens 200 mm.
– De aanzuigomgeving mag niet door bladeren, sneeuw en dergelijke worden beperkt.
Voor de luchtuitblaas op het volgende letten:
– Omdat de lucht bij de uitblaaszone ongeveer 8°C kouder is dan de omgevingstemperatuur bestaat
hier gevaar van vroegtijdige ijsvorming. Afstand van de uitblaaszijde van de warmtepomp tot
terrassen, voetpaden enz. minstens 3 m.
Bij opstelling in de kuststreek, (d.w.z. <5 km afstand tot de kust), letten op het volgende:
– De buitenunit niet opstellen in de onmiddellijk nabijheid van de kustlijn (<300 m).
– De buitenunit niet zodanig opstellen dat die direct aan de zeewind (zouthoudende lucht)
blootgesteld is.
– De buitenunit opstellen aan de zijde van het gebouw die van de zeewind weg gekeerd is.
– Als de buitenunit aan de zeezijde wordt opgesteld, een windscherm ter bescherming tegen de
zeewind installeren.
– Het windscherm moet bestand zijn tegen de zeewind en dus bij voorkeur van beton gemaakt zijn.
Hoogte en breedte minstens 150 % van de buitenunit uitvoeren.
– Als de buitenunit in de nabijheid van de zee wordt opgesteld, kan de levensduur ervan korter zijn.
Corrosiebescherming
– Sprays, oplosmiddelen, chloorhoudende reinigings- en wasmiddelen, verfsoorten, laksoorten,
lijmstoffen, strooizout enz. mogen niet op of in de buurt van de warmtepomp (buiten- en binnenunit)
worden gebruikt of opgeslagen.
– Deze stoffen kunnen onder ongunstige omstandigheden tot corrosie aan de warmtepomp en
andere componenten van de verwarmingsinstallatie leiden.
22 | WOLF GmbH
3066532_202111
Advertenties
Inhoudsopgave
