Inhoudsopgave
Advertenties
Planning
Dauwpuntbewaker (DPW)
Voor oppervlaktekoelsystemen (bijv. vloerverwarmingscircuit, koelplafond) een dauwpuntbewaker
(toebehoren) voorzien.
– Als een koelcircuit meer dan een ruimte omvat, een dauwpuntbewaker in iedere ruimte voorzien.
– Meerdere dauwpuntbewakers in serie schakelen en op de dauwpuntbewakingsingang van de
binnenunit aansluiten.
– De dauwpuntbewaker van een mengcircuit op de dauwpuntbewakingsingang van iedere
mengmodule MM-2 aansluiten (bijvoorbeeld via de WOLF-aansluitkast TPW).
– De dauwpuntbewaker aan de aanvoerleiding van het koelcircuit in de te koelen ruimte monteren.
(thermische isolatie verwijderen)
Warmwaterboiler
– De warmtewisselaar van de warmwaterboiler aan het verwarmingsvermogen van de warmtepomp
aanpassen.
– Warmtewisselaaroppervlakte minstens 0,25 m² per kW verwarmingsvermogen.
– De buisleidingen voldoende groot dimensioneren (> DN 25).
Buffervat
Aan de verwarmingszijde kunnen naar gelang van de belasting variabele debieten optreden. Om een
storingsvrije werking te garanderen moet een minimaal debiet voor de ontdooiing worden gewaarborgd.
Daartoe een buffervat met een inhoud van minstens 35 liter of een hydraulische wissel in het ontwerp
opnemen.
In de volgende gevallen is een buffervat noodzakelijk:
– Installaties met radiatoren
– Afzonderlijke ruimteregeling (thermostaatventielen)
– Meerdere verwarmingstoestellen of verwarmingscircuits
– Installaties met de bijkomende functie PV-verhoging
– Smart Grid voor verwarmingsbedrijf.
Indien onvoldoende ontdooiingsenergie beschikbaar is, treden storingen in de installatie op en
i
het elektrische element wordt vaker ingeschakeld.
4.2.1
Waterkwaliteit benodigd voor WOLF-warmtepompen
Eisen aan de verwarmingswaterkwaliteit:
VDI 2035 blad 1 geeft adviezen ter voorkoming van ketelsteenafzetting in verwarmingsinstallaties. Blad 2
behandelt de waterzijdige corrosie.
– pH-waarde tussen 6,5 en 9,0
– Bij gebruik van staal in het verwarmingssysteem (bijv. buffervat of warmwater-opslagvat) voor de
menginstallatie een pH-waarde tussen 8,2 en 9,0 aanhouden.
– Elektrische geleidbaarheid <800 µS/cm beter <100 µS/cm
– De waterparameters veranderen tot 12 weken na de inbedrijfstelling. Daarna de waterkwaliteit
nogmaals controleren.
– Bij droogstoken d.m.v. het elektrische element, de toelaatbare totale hardheid (16,8 °dH tot
installatievolume van 250 liter) in acht nemen. Water dat te veel kalk bevat leidt tot kalkafzetting en
defect van het elektrische element.
Bij installaties met veel water of waarbij grote hoeveelheden bijvulwater (bijv. door waterverlies) nodig
zijn, de volgende waarden in acht nemen.
20 | WOLF GmbH
3066532_202111
Advertenties
Inhoudsopgave
