Netaansluiting
Scheidingsinrichtingen voor niet-geaarde gelei-
ders
■
De hoofdschakelaar of "noodstop" moet gelijktijdig
alle ongeaarde geleiders met een contactopening
van minimaal 3 mm van het net scheiden.
Bovendien raden wij aan een universele stroomge-
■
voelige aardlekschakelaar (RCD) type B
installeren voor gelijkstroom(storingen), die kunnen
ontstaan door energie-efficiënte bedrijfsmiddelen.
■
Als er geen hoofdschakelaar of "noodstop" wordt
geplaatst, moeten alle ongeaarde geleiders door de
voorgeschakelde aardlekschakelaar met een con-
tactopening van minstens 3 mm van het net worden
gescheiden.
Netaansluiting voor accessoires en externe com-
ponenten
■
Wij adviseren de netaansluiting voor accessoires en
externe componenten, die niet op de regeling wor-
den aangesloten, op dezelfde zekering, minstens
echter fasegelijk met de regeling aan te brengen.
■
De aansluiting op dezelfde zekering verhoogt de vei-
ligheid bij netuitschakelingen. De opgenomen stroom
van de aangesloten verbruikers moet gerespecteerd
worden.
Extra voorschriften voor olie- en gasgestookte
installatie
■
De nationale eisen aan stookinstallaties in uw land
moeten worden opgevolgd.
■
Bij olie- en gasgestookte installaties boven 100 kW
moet volgens de ontwerp-stookverordening "FeuVO"
door de installateur een "NOODSTOP" buiten de
installatieruimte worden geplaatst.
■
Bij verwarmingsinstallaties volgens EN 50156-1
moet de door de installateur geïnstalleerde "NOOD-
STOP" aan de eisen van de EN 50156-1 voldoen.
Gevaar
Ondeskundig uitgevoerde elektrische installaties
kunnen door elektrische stroom leiden tot ver-
wondingen en materiële schade.
De netaansluiting en veiligheidsmaatregelen
(bijv. aardlekschakelaar) moeten volgens de vol-
gende voorschriften worden uitgevoerd:
IEC 60364-4-41
■
■
NEN-voorschriften
■
Technische aansluitvoorwaarden van het
plaatselijke energiebedrijf
■
De netaansluitkabel moet door de installateur
met max. 16 A gezekerd worden.
Gevaar
Ontbrekende aarding van installatiecomponen-
ten kan bij een elektrisch defect door elektrische
stroom tot ernstige verwondingen leiden.
Toestel en leidingen moeten met de equipotenti-
aalverbinding van het huis verbonden zijn.
te
Gevaar
Verkeerde aansluiting van de aders kan tot ern-
stig letsel en schade aan het toestel leiden.
Aders "L" (bruin) en "N" (blauw) niet verwisse-
len.
Kleurenlegende conform IEC 60757:
BN
Bruin (L)
BK
Zwart
BU
Blauw (N)
GY
Grijs
GNYE Groen/geel (PE)
Geadviseerde netaansluitleiding
■
3-aderige kabel, flexibel
■
Kabeldoorsnede: 1,5 mm
■
Nominale spanning: 300 V/500 V
Temperatuurbestendigheid: min. 70 °C
■
Bij aansluiting van het toestel met flexibele netaan-
■
sluitkabel moet bij het slecht functioneren van de
trekontlasting gegarandeerd worden dat de stroom-
voerende kabels vóór de aardleiding strak gespan-
nen worden. De lengte van de aardleiding is afhan-
kelijk van de constructie.
Elektrische aansluitingen
2
23