TSH 100 LC
Servicehandleiding
pagina
7 van 98
24.8.2009
4.1 Omschrijving van de aandrijving
4.1.1 Kast van de aandrijving
De kast van de aandrijving wordt opgedeeld door een waterdichte afscheiding in een
mechanisch en elektrisch deel, ieder met een eigen afdekking met handvatten. Het
mechanische deel bevat het eigenlijke mechanisme voor verstelling van de
stellerstang door middel van een hydraulische cilinder of een handstaaf, een
veermechanisme voor afvoer van de aandrukkracht, een mechanisme voor
vergrendeling van de stangen en ontgrendeling voor rijden over de spitsen, sensoren
voor de signalering van het bereik van de ingestelde eindposities van de
controlestangen en slotgrendels. Het elektrische deel bevat het elektrohydraulische
aggregaat met een tankje voor de olie en een kastje voor de aansluitingen. De
doorgangen in de afscheiding voor de slangen en kabels uit het elektrische deel naar
het mechanische deel zijn waterdicht.
Aan de voorkant van de kast is een hendel bevestigd voor handmatige verstelling
met een vakje en de sensor voor de signalering van het inschuiven van de
bedieningshendel.
4.1.2 Stellerstang met vergrendeling
Het mechanisme voor verschuiving van de stellerstang bestaat uit twee geleidende
stangen bevestigd in twee verankeringsrichels, waarover de geleidende plaat met het
vrij verschuivende vergrendellichaam zich verplaatst over de verbindingsas van de
stellerstang. Het vergrendelingslichaam is uitgerust met groeven voor het erratische
blok van de hendel voor noodverstelling en verankering van de hydraulische cilinder
en dwarsvlakken voor ontzekering van de grendel. In het vergrendelingslichaam is
een verbindingsas gemonteerd met schootjes, die van elkaar worden gedrukt door
een veer. Er is een functionele speling tussen het vergrendellichaam en de
schootjes. Aan het eind van de verbindingsas is een vork bevestigd met koppen en
bollagers. De vork zit vast aan de geleidingsplaat.
4.1.3 Veermechanisme voor het aandrukken
Aan de onderkant van de kast zijn scharniermatig twee paren aandrukkende veren
bevestigd. Aan de andere kant zijn deze verbonden door een pen met een
steunhevel, die eveneens draaibaar verankerd is in de bodem van de kast.
Op de gemeenschappelijke pen van de balansarm en de steunhevel is een erratisch
blok geschoven, dat de kracht van het mechanisme overbrengt op het wagentje met
het grendellichaam. De aandrukkracht kan men instellen met behulp van de
stelschroeven.
4.1.4 Controlestangen
De glijders van de controlestangen verschuiven eveneens over de twee geleidende
staven bevestigd in de verankeringsrichels. Zij zijn altijd uitgerust met twee schootjes
die uit elkaar worden geduwd door een zekeringsveer. Op de glijders zijn magneten
aangebracht voor bepaling van de systeempositie. De koppen van de
controlestangen met bollagers zijn aangesloten op de glijders.