Het scherm geeft de voortgang van de update
weer. Als de update voltooid is, zal het bedie-
ningspaneel uitgaan en dan weer aangaan. Als
dat niet gebeurt, haal de stroomadapter uit het
stopcontact, wacht enkele seconden en steek de
stroomadapter er weer in. Let op: Het kan enkele
minuten duren voordat het bedieningspaneel klaar
is voor gebruik.
Let op: Soms kan een firmware-update ertoe leiden
dat uw bedieningspaneel een beetje anders functi-
oneert. Deze updates worden altijd ontwikkeld om
uw trainingservaring te verbeteren.
7. Verlaat het hoofdmenu van de instellingen.
Als u zich in een instellingenmenu bevindt, drukt u
op de terugtoets om het hoofdmenu van de instel-
lingen te verlaten.
VERBINDEN MET EEN DRAADLOOS NETWERK
U moet het bedieningspaneel op een draadloos
netwerk aansluiten om iFIT-trainingen en verschil-
lende andere functies van het bedieningspaneel te
gebruiken.
1. Het startscherm selecteren.
Schakel eerst het bedieningspaneel in (zie HET
BEDIENINGSPANEEL INSCHAKELEN op blad-
zijde 15). Let op: Het kan even duren voordat het
bedieningspaneel klaar is voor gebruik.
Kies vervolgens het startscherm (toets Home). Als
u het bedieningspaneel aanzet, wordt het start-
scherm op het scherm weergegeven, nadat het
bedieningspaneel is opgestart. Als u in een training
bent, drukt u op het scherm en volgt u de aanwij-
zingen om de training te beëindigen en om terug te
keren naar het startscherm. Als u in de instellingen-
menu's bent, drukt u op de terugtoets (pijlsymbool)
om terug te keren naar het startscherm.
2. Het draadloze-netwerkmenu selecteren.
Druk op de menutoets (symbool van drie horizon-
tale lijnen) en druk vervolgens op Wi-Fi om het
draadloze netwerkmenu te selecteren.
3. Wi-Fi inschakelen.
Zorg ervoor dat Wi-Fi
is ingeschakeld, druk dan op de wisseltoets Wi-Fi
om het in te schakelen.
4. Een draadloze netwerkverbinding instellen en
beheren.
Als Wi-Fi is ingeschakeld, geeft het scherm een lijst
met beschikbare netwerken weer. Let op: Het kan
even duren voordat de lijst met draadloze netwer-
ken wordt weergegeven.
Let op: U hebt een eigen draadloos netwerk
nodig en een 802.11b/g/n router met geactiveerde
SSID-broadcast (verborgen netwerken worden niet
ondersteund).
Als een lijst met netwerken wordt weergegeven,
drukt u op het gewenste netwerk. Let op: Zorg dat
u uw netwerknaam weet (SSID). Als uw netwerk
beveiligd is met een wachtwoord, moet u ook het
wachtwoord weten.
Volg de aanwijzingen op het scherm om uw
wachtwoord in te voeren en verbinding te maken
met het geselecteerde draadloze netwerk. (Zie
HET TOUCHSCREEN GEBRUIKEN op bladzijde
15 voor meer informatie over het gebruik van het
toetsenbord.)
Als het bedieningspaneel met uw draadloze
netwerk is verbonden, verschijnt er een bevesti-
gingsbericht op het scherm.
Als u problemen ondervindt bij het verbinden
met een gecodeerd netwerk, controleert u of uw
wachtwoord juist is. Let op: Wachtwoorden zijn
hoofdlettergevoelig.
Let op: Het bedieningspaneel ondersteunt
onbeveiligde en beveiligde (WEP, WPA™ en
WPA2™) codering. Een breedbandverbinding
wordt aanbevolen; de werking hangt af van de
verbindingssnelheid.
Let op: Als u vragen heeft na het volgen van
deze instructies, gaat u naar support.iFIT.com
voor hulp.
5. Verlaat het draadloze netwerkmenu.
Druk op de terugtoets (pijlsymbool) om het draad-
loze netwerkmenu te verlaten.
23
is ingeschakeld. Als dit niet
®