Wi-Fi
■
Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer]
Als het draadloze toegangspunt niet verschijnt, kunt u de SSID rechtstreeks invoeren.
Selecteer in stap
cursortoets en druk dan op [MENU/SET]
Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarmee u
verbinding maakt en selecteer vervolgens [Inst.]
• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→114).
Selecteer met de cursortoets het netwerkverificatietype en
druk op [MENU/SET]
• Zie de handleiding van het draadloze toegangspunt voor informatie over
netwerkverificatie.
Selecteer met de cursortoets het versleutelingstype en druk
op [MENU/SET]
• Het type van de instellingen die gewijzigd kunnen worden, kan verschillen,
afhankelijk van de details van de netwerkverificatie-instellingen.
Netwerkverificatietype
[WPA2-PSK]/[WPA-PSK]
[Algemene sleutel]
[Open]
(Wanneer een andere optie dan [Niet coderen] wordt geselecteerd)
Voer de versleutelingscode in en selecteer [Inst.]
●
Raadpleeg de instructiehandleiding van de draadloze toegangspunten en instellingen
wanneer u een draadloos toegangspunt opslaat.
●
Als er geen verbinding kan worden gemaakt, zijn de radiogolven van het draadloze
toegangspunt mogelijk te zwak. Zie "Weergave berichten"
antwoord Storingen verhelpen"
●
De transmissiesnelheid kan afnemen of onbruikbaar zijn, afhankelijk van de omgeving
waarin deze wordt gebruikt.
Verbinding maken via een draadloos toegangspunt
met [Handmatige invoer] met de
(→206)
Versleutelingstypen die kunnen worden ingesteld
[TKIP]/[AES]
[WEP]
[Niet coderen]/[WEP]
(→281)
voor meer informatie.
- 207 -
(→277)
en "Vraag en
VQT4T16