Instellingen
– Weer: instellen dat het weerbericht wordt weergegeven op het vergrendelde scherm.
– Golf effect: instellen dat het golf-effect wordt weergegeven op het vergrendelde scherm.
– Help-tekst: instellen dat de helptekst wordt weergegeven op het vergrendelde scherm.
– Wake-up in vergrendelscherm: instellen dat het apparaat uw wekopdracht herkent
wanneer het scherm is vergrendeld.
– Wake-up opdracht instellen: een wekopdracht instellen om de S Voice -applicatie te
openen of een bepaalde functie uit te voeren.
• G egevens eigenaar: gegevens ingeven die op het vergrendelde scherm worden weergegeven.
Beveiliging
Instellingen wijzigen voor het beveiligen van het apparaat en de SIM- of USIM-kaart.
• A pparaat coderen: een wachtwoord instellen voor versleuteling van gegevens die op het
apparaat zijn opgeslagen. Elke keer als u het apparaat aanzet, moet u dit wachtwoord ingeven.
Laad eerst de batterij op voordat u deze instelling activeert. Versleuteling van uw gegevens
kan meer dan een uur duren.
• E xterne SD-kaart coderen:
– Coderen: instellen dat bestanden worden gecodeerd wanneer u ze op een geheugenkaart
opslaat.
– Volledige codering: instellen dat alle bestanden op een geheugenkaart wordt gecodeerd.
– Multimediabestanden uitsluiten: instellen dat alle bestanden op een geheugenkaart
worden gecodeerd, met uitzondering van mediabestanden.
Als u met deze instelling geactiveerd besluit tot resetten van de standaardwaarden, zal het
apparaat de versleutelde bestanden niet meer kunnen lezen. Schakel deze instelling dus
altijd uit voordat u een reset uitvoert.
116