3
Druk de nokjes van de breedtegeleider naar elkaar toe, zoals wordt weergegeven in stap 3 op pagina 35. Schuif
de breedtegeleider naar de juiste positie voor het formaat envelop dat u wilt plaatsen. Zie de formaatindicatoren
links onder op de lade.
4
Druk de nokjes van de enveloppenstapel naar elkaar toe. Deze klikken vast.
Opmerking: Deze nokjes houden een stapel enveloppen in de juiste positie voor de invoer.
Papierformaat-
indicatoren
5
Buig een stapel enveloppen enkele malen en maak vervolgens op een vlakke ondergrond een rechte stapel.
Druk de hoeken naar beneden om de enveloppen plat te maken.
Waaier de enveloppen uit. Hierdoor plakken de randen van de enveloppen niet aan elkaar en kunnen ze goed
worden ingevoerd.
Specificaties voor afdrukmateriaal
P E
L O
V E
E N
C K
S T O
E R
P A P
R D
C A
E L
Y
L A B
N C
R E
S P A
A N
T R
De standaardlade vullen met enveloppen
37