E10
Gasklep fout.
De gasklepaansturing krijgt ten onrechte spanning.
Oorzaak
a)
Het gasregelblok is niet goed aangesloten.
b)
Tijdens een storing is de stekker opnieuw
maar verkeerd om in de wandcontactdoos
gestoken. Het toestel is daarna gereset
waardoor ook de melding ´fase fout´ (B10)
is gereset.
c)
De regelunit functioneert niet goed of is
defect.
E14
Toestelbewaking. WW geen temp toename.
De warmwatertemperatuur stijgt niet na 3 pogingen.
Oorzaak
a)
De warm-en koudwateraansluitingen zijn
verkeerd om aangesloten.
b)
De voordruk van het koude water staat te
hoog afgesteld.
c)
De sensor voor het koud water
functioneert niet goed of is defect.
d)
Het tapdebiet over het toestel is te hoog.
e)
Het toestel haalt het maximale vermogen
voor het warme water niet.
f)
Er is weerstand in het rookgaskanaal.
E15
Geen doorstroming. Warm water.
Er is onvoldoende doorstroming bij warmwatervraag.
Oorzaak
a)
De voordruk is te laag.
b)
Er zit lucht in het warmwatercircuit.
c)
Er is geen koudwatersensor geplaatst bij
de zonneboiler.
d)
De thermische beveiliging is
uitgeschakeld.
e)
De regelunit functioneert niet goed of is
defect.
Oplossing
Controleer de aansluiting en
●
corrigeer zonodig.
Draai de stekker om en reset het
●
toestel.
Controleer en vervang zonodig de
●
bekabeling en/of de connectoren op
de regelunit.
Vervang de regelunit.
●
Oplossing
Sluit de warm- en
●
koudwateraansluitingen correct aan.
Stel de voordruk correct in.
●
Controleer de sensor op bekabeling
●
en connectoren en corrigeer
zonodig.
Vervang de sensor.
●
Stel het debiet correct in.
●
Controleer de externe pomp.
●
Vervang de pomp.
●
Controleer het rookgaskanaal.
●
Hef de verstopping op.
●
Oplossing
Stel de druk correct in.
●
Ontlucht de installatie.
●
Spoel de installatie door.
●
Plaats een koudwatersensor.
●
Schakel de thermische beveiliging in.
●
Controleer en vervang zonodig de
●
bekabeling en/of de connectoren op
de regelunit.
Vervang de regelunit.
●
85