6 Aansluiting en inbedrijfstelling
Afbeelding 20: Configuratie van pingroepen van aansluiting X4
Pingroep
Digitale ingang 1
Signaal 1 van 4 voor de begren-
zing van het werkelijk vermogen
Digitale ingang 2
Signaal 2 van 4 voor de begren-
zing van het werkelijk vermogen
Digitale ingang 3
Signaal 3 van 4 voor de begren-
zing van het werkelijk vermogen
Digitale ingang 4
Signaal 4 van 4 voor de begren-
zing van het werkelijk vermogen
Levensgevaar door elektrische schokken bij onjuist aansluiten van de ontvanger voor
rimpelspanning
Als de ontvanger voor rimpelspanning niet correct wordt aangesloten, kan er netspanning op de
behuizing van de Cluster Controller komen te staan.
• Sluit de aders van de aansluitkabel niet aan op de fasedraden van de ontvanger voor
rimpelspanning.
• Verzeker u er bij het aansluiten van dat er geen brug in de ontvanger voor rimpelspanning is
gebruikt.
54
ClusterController-IA-nl-16
Pin
Pinconfiguratie
A1
24 V
A2
IN
A3
GND
A4
24 V
A5
IN
A6
GND
B1
24 V
B2
IN
B3
GND
B4
24 V
B5
IN
B6
GND
SMA Solar Technology AG
Toelichting
Uitgang spanningsvoorziening
Ingang
Referentiepotentiaal
Uitgang spanningsvoorziening
Ingang
Referentiepotentiaal
Uitgang spanningsvoorziening
Ingang
Referentiepotentiaal
Uitgang spanningsvoorziening
Ingang
Referentiepotentiaal
Installatiehandleiding