6 Ingebruikname
–
Datum
–
Klok
–
Zomer-/wintertijd
–
Aantal collectoren
–
Elektrische verwarmer aanwezig
–
Multifunctionele uitgang
Bijkomend kunt u het volgende instellen of aflezen:
–
Modus
–
Gewenste temperatuur warm water
–
Maximale boilertemperatuur
–
Inschakel verschil
–
eBUS thermostaat
–
4x tijdvenster (maandag-vrijdag 1, maandag-vrijdag 2,
zaterdag-zondag 1, zaterdag-zondag 2)
–
Legionellabeveiligingsfunctie
–
Omschakeltemperatuur voor multifunctionele uitgang
(alleen weergegeven wanneer het multifunctionele relais
op BYP is afgesteld)
–
Temperatuurverschil voor zonnelading bij de start
–
Temperatuurverschil voor zonnelading bij de stop
–
Starttemperatuur voor vorstbescherming
–
Stoptemperatuur voor vorstbescherming
–
Softwareversie
6.5.1
Tijdvenster
Menu → Installateurniveau → Configuratie
–
Zon: nalaadfunctie is continu gereed
–
Maan: geen naladen
6.5.2
Gewenste temperatuur warm water
Aanwijzing
Als de boilertemperatuurvoeler T7 is geïnstalleerd
of een elektr. verwarm. el. is geactiveerd, kan dit
menupunt worden ingesteld.
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Temperatuur
water
De gewenste temperatuur voor warm water is af fabriek op
60°C ingesteld. U kunt waarden tussen 20 °C en 70 °C in-
stellen.
De gewenste temperatuur geldt voor het elektrisch verwar-
mingselement en voor het naverwarmingstoestel (bij C1/C2).
6.5.3
Maximale boilertemperatuur
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Max. boiler-
temp.
Aanwijzing
Een hoge boilertemperatuur beïnvloedt de verkal-
king van de boiler. Verlaag daarom bij een hoog
kalkgehalte in het water de waarde voor de maxi-
male boilertemperatuur.
De maximale boilertemperatuur is af fabriek op 85 °C inge-
steld. U kunt waarden tussen 60°C en 85°C instellen.
Als de gemeten temperatuur van T1 en T6 min. 10 °C lager
is dan de maximale boilertemperatuur, start de zonnelader.
20
6.5.4
Legionellabeveiliging
Menu → Installateurniveau → Toestel configuratie → Legi-
onellabescherming
U kunt de legionellabescherming instellen:
–
dagelijks (elke 24 uur)
–
wekelijks (elke 168 uur)
Als de warmwatertemperatuur in de boiler tijdens het inge-
stelde interval hoger is geworden dan 70 °C, wordt het inter-
val opnieuw gestart.
De legionellabeschermingsfunctie wordt alleen uitgevoerd,
als de warmwatertemperatuur binnen het interval 70 °C niet
heeft bereikt.
6.5.5
Inschakel verschil
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Inschakel-
verschil
Hier stelt u het temperatuurverschil in dat aanwezig moet zijn
tussen de boilertemperatuurvoeler T6 en de collectortempe-
ratuurvoeler, zodat de zonnepomp wordt gestart.
6.5.6
Uitschakelverschil zonne-energie
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Uitschakel-
verschil zonne-energie
Hier stelt u het temperatuurverschil in dat aanwezig moet zijn
tussen de boilertemperatuursensor T1 en de boilertempera-
tuursensor T6, opdat de zonne-energiepomp stopt.
6.5.7
Inschakelverschil warm water
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Inschakel-
verschil warm water
Hier stelt u het temperatuurverschil in dat er moet zijn tussen
de gewenste warmwatertemp. en de boilertemperatuursen-
sor T6, opdat de elektrische nalading start.
6.5.8
Min. pompen PWM
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Min. Pomp
pulsbreedtemodulatie
Dat is de laagst mogelijke waarde waarop de zonnepomp in
de werking op zonne-energie kan worden ingesteld.
6.5.9
eBUS thermostaat
Menu → Installateurniveau → Configuratie → eBUS ther-
mostaat
Hier kunt u aflezen of de zonneregelaar de systeemthermo-
staat herkent.
6.5.10 Softwareversie
Menu → Installateurniveau → Configuratie → Softwarever-
sie
Hier kunt u aflezen welke softwareversie op de zonnerege-
laar geïnstalleerd is. De softwareversies van het display (AI)
en van de hoofdprintplaat (SMU) worden afwisselend weer-
gegeven.
Installatie- en onderhoudshandleiding auroSTEP plus 0020206799_02