Voorwaarden: Bivalente boiler met C1/C2-verbindingskabel
1
2
3
4
▶
Installeer de boilertemperatuursensor (optioneel) in de
dompelbuis van de boiler.
▶
Voer de aansluitleidingen van de collectorvoeler en de
boilertemperatuursensor (optioneel) door de kabeldoor.
▶
Leid de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler door een van de trekontlastingen (4).
▶
Klem de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler aan de klemmen (2) aan.
▶
Leid de aansluitleiding van de boilertemperatuursensor
(optioneel) door een van de trekontlastingen(4).
▶
Klem de aansluitleiding van de boilertemperatuursensor
(optioneel) aan de klemmen(3) aan.
Voorwaarden: Bivalente boiler met eBUS-verbindingskabel
▶
Sluit de boilertemperatuurvoeler aan op de CV-ketel.
▶
Voer de aansluitleidingen van de collectortemperatuur-
voeler en de eBUS-kabel van de systeemthermostaat
door de kabeldoorvoering.
▶
Leid de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler door een van de trekontlastingen (4).
▶
Klem de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler aan de klemmen (2) aan.
▶
Leid de eBUS-leiding van de systeemthermostaat door
een van de trekontlastingen (4).
▶
Klem de eBUS-leiding van de systeemthermostaat aan
de klemmen (1) aan.
Voorwaarden: Monovalente boiler met bypassklep
▶
Installeer de boilertemperatuurvoeler op de warmwater-
aanvoer.
▶
Voer de aansluitleidingen van de collectortemperatuur-
voeler en de boilertemperatuurvoeler door de kabeldoor-
voering.
▶
Leid de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler door een van de trekontlastingen (4).
▶
Klem de aansluitleiding van de collectortemperatuurvoe-
ler aan de klemmen (2) aan.
▶
Leid de aansluitleiding van de boilertemperatuurvoeler
door een van de trekrontlastingen (4).
▶
Klem de aansluitleiding van de boilertemperatuurvoeler
aan de klemmen (3) aan.
0020206799_02 auroSTEP plus Installatie- en onderhoudshandleiding
5.8.3
Netaansluitleiding plaatsen
Opgelet!
Beschadigingsgevaar door verkeerde
aansluitspanning!
▶
Zorg ervoor dat de nominale spanning van
het stroomnet 220-240 V bedraagt.
Aanwijzing
Als impulsachtige foutstromen als gevolg van kort-
stondige netoverspanningen en ongelijkmatige
fasebelasting bij inschakelbewerkingen optreden,
dan raden we pulsstroomgevoelige FI-veiligheids-
schakelaars van het type AC/DC-gevoelige FI-
veiligheidsschakelaars van het type B in kortetijd-
vertraagde uitvoering (VSK) aan.
1.
Sluit het product via de meegeleverde netaansluitka-
bel van het product op een vaste aansluiting en een
alpolige scheidingsinrichting met minstens 3 mm con-
tactopening (bijv. zekeringen of vermogensschakelaar)
aan.
2.
Let erop dat de op de boiler gemonteerde temperatuur-
begrenzer direct is geïntegreerd in de fase van de net-
aansluitleiding. Schakel het product daarom spannings-
vrij en verbind de aansluitstekker van het product met
de aansluitstekker van de af fabriek voorgemonteerde
temperatuurbegrenzer. Anders is het product niet vol-
doende aangesloten op het elektriciteitsnet.
3.
Zorg er bij het maken van de steekverbinding voor, dat
de buitenste vleugels van de vrouwelijke bus in de neu-
zen van de mannelijke stekker grijpen.
Installatie 5
15