ALARMNUMMER BELLEN WANNEER ROUTERING VAN NOODOPROEPEN NIET
IS GEPROGRAMMEERD
Als routering van noodoproepen NIET is geprogrammeerd, moet u een alarmnummer
kiezen door de hoorn op te nemen en de geprogrammeerde toets voor de analoge lijn
te selecteren. Als de modus Privégesprek is ingeschakeld en de lokale lijn van de toets
Analoge lijn bezet is, wordt er geen nummer gekozen via de LIM-lijn (lijninterfacemodule).
Het bellen van een alarmnummer via een IP-verbinding wordt mogelijk niet ondersteund
vanwege de configuratie van het ICP-systeem en het land waarin u zich bevindt. Neem contact
op met de systeembeheerder voor meer informatie.
U belt als volgt een alarmnummer via de LIM-lijn:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Druk op de toets voor de analoge lijn die u hebt geprogrammeerd:
Op het toestel verschijnt de melding ANALOG CALL (ANALOOG GESPREK).
3. Kies het lokale alarmnummer.
Wanneer er geen IP-verbinding kan worden gemaakt, belt u een alarmnummer als volgt via de
LIM-lijn:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Druk op de toets voor de analoge lijn die u hebt geprogrammeerd:
Op het toestel verschijnt de mededeling IP FAIL: ANALOG CALL (IP-FOUT:
ANALOOG GESPREK).
3. Kies het lokale alarmnummer.
ALARMNUMMER BELLEN WANNEER ROUTERING VAN NOODOPROEPEN WEL
IS GEPROGRAMMEERD
Opmerking: deze procedure geldt als aanvulling op de methoden die hiervoor zijn beschreven.
U belt als volgt een alarmnummer als routering van noodoproepen wel is geprogrammeerd:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies het lokale alarmnummer (112 of vergelijkbaar nummer).
Raadpleeg De lijninterfacemodule gebruiken voor meer informatie over het gebruik van de
LIM-lijn.
D i t d o c u me n t wo r d t u a a n g e b o d e n d o o r T e l e c o mH u n t e r . D é z a k e l i j k e T e l e c o m we b s h o p .
T 0 8 8 7 4 6 3 4 4 4 | @ s a l e s @T e l e c o mH u n t e r . n l | www. T e l e c o mH u n t e r . n l
5330/5340 IP-telefoons – Gebruikershandleiding
47