2
Veiligheidsaanwijzingen en
voorschriften
2.1
Veiligheidsaanwijzingen
Neem altijd de volgende veiligheidsaanwijzingen en -
voorschriften in acht.
2.1.1
Montage en installatie
Het toestel mag uitsluitend door een erkend installateur
worden geïnstalleerd. Deze is ook verantwoordelijk voor
de deskundige installatie en inbedrijfstelling.
Hij is eveneens bevoegd het toestel te inspecteren en
repareren en de ingestelde hoeveelheid luchtdoorzet te
wijzigen.
Als het toestel wordt gebruikt in combinatie met een van
de omgevingslucht afhankelijke haard moet ook controle
door een erkend schoorsteenveger plaatsvinden.
Voorkomen moet worden dat er rookgas uit de haard
ontsnapt.
2.1.2
Gebruik
Het toestel mag uitsluitend worden gebruikt met filters.
Deze moeten regelmatig worden gecontroleerd op
vervuiling en beschadiging.
Aanbevolen wordt de filters ten minste een keer per
6 maanden visueel te controleren en
om de 12 maanden te vervangen.
2.1.3
Veranderingen in de omgeving van het
ventilatietoestel
a
Attentie!
Voer geen veranderingen uit in de omgeving, om
beperkingen van de werking te voorkomen!
U mag geen veranderingen uitvoeren
- aan het toestel,
- aan de leidingen voor buitenlucht, toevoerlucht,
retourlucht en uitlaatlucht, condenswater en aan de
netaansluiting van het toestel.
Het veranderingsverbod geldt ook voor
bouwconstructies in de omgeving van het toestel, voor
zover deze van invloed kunnen zijn op de
bedrijfsveiligheid van het toestel.
- Ventilatie-openingen in deuren, plafonds,
ramen en wanden mogen niet worden afgesloten,
ook niet tijdelijk. Bedek de ventilatie-openingen
bijvoorbeeld niet met kledingstukken en dergelijke.
Bij het leggen van vloerbedekking mogen de ventilatie-
openingen aan de onderkant van deuren niet
worden afgesloten of kleiner worden gemaakt.
Gebruiksaanwijzing recoVAIR/3 0020041776_00
Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften 2
Voor veranderingen aan het toestel of in de omgeving
ervan moet u in ieder geval een beroep doen op een
erkend installateur.
Reparatie- en onderhoudswerkzaamheden
(ook filterwissel) mogen uitsluitend worden uitgevoerd
door een erkend installateur.
2.2
Waarschuwingen
e
Gevaar!
Levensgevaar door elektrocutie aan
spanningsvoerende aansluitingen.
Trek voor de werkzaamheden aan het toestel de
stekker uit de contactdoos en beveilig het
toestel tegen opnieuw inschakelen.
Als er tijdens de werking storingen optreden, volg dan
de stappen die beschreven zijn in de storingstabel in
hoofdstuk 5 van deze gebruiksaanwijzing. Neem contact
op met een erkend installateur als een storing niet kan
worden verholpen.
2.3
Voorschriften
De installatie van het toestel dient te gebeuren door een
erkend installateur. Hierbij moeten de volgende
voorschriften en richtlijnen in acht worden genomen:
- Bouwbesluit.
- Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallatie
NEN1010.
- Voorschriften voor het aansluiten op binnen
rioleringen in woningen en woongebouwen NEN3287.
- Voorschriften voor ventilatie van woningen en
woongebouwen NEN1087 / NEN1088.
- ISSO publicatie 61 Kwaliteitseisen ventilatiesystemen
woningen.
- ISSO publicatie 62 Kwaliteitseisen gebalanceerde
ventilatie in woningen.
- ISSO publicatie 62 Kwaliteitseisen gebalanceerde
ventilatie in woningen aanvulling 2004.
- Eventueel voorschriften van lokale gemeente en
nutsbedrijven.
- Dit installatievoorschrift.
5