5 Inbedrijfstelling
6 Inspectie en onderhoud
• Ga op de afstandsbediening naar het
installateurniveau, door ca. 10 seconden op de
programmeertoets P te drukken.
• Druk zolang op de instelknop tot op het display
„C-AIR" verschijnt.
• Corrigeer de toevoerluchtstroom door aan de
instelknop te draaien tot de volumestroom van de
toevoer- en retourlucht gelijk zijn (zie tabel 5.1).
5.3
Overdracht aan de gebruiker
Vul het bijgevoegde meetrapport (zie
hoofdstuk 10) volledig in en geef deze documenten aan
de gebruiker.
6
Inspectie en onderhoud
Het woningventilatiesysteem moet een keer per jaar
worden onderhouden, om goed te blijven werken.
Daarbij horen de volgende punten:
• Controleer de algemene toestand van het toestel.
• Verwijder vervuilingen van het toestel.
• Reinig of vervang vervuilde filters.
• Controleer of het condens vrij kan uitlopen.
• Reinig vervuilde ventilatoren.
• Controleer of het toestel, de afstandsbediening en de
bypass goed werken.
Wij adviseren de filters een keer per jaar te vervangen,
zie paragraaf 6.6 „Reserveonderdelen en toebehoren".
h
Aanwijzing
Om schade aan het toestel door ondeskundige
werkzaamheden te voorkomen, mogen de
hieronder beschreven
onderhoudswerkzaamheden uitsluitend door
daarvoor opgeleide medewerkers worden
uitgevoerd.
6.1
Toestelfilters verwijderen en reinigen
Bij geringe vervuiling kunt u de filters reinigen met een
gewone stofzuiger.
Als dit weinig of geen effect heeft, moet u de filters
vervangen. Het is niet toegestaan de filters met water of
een andere vloeistof te reinigen.
De filterwissel is uitvoerig beschreven in de
gebruiksaanwijzing in paragraaf 6.1.
6.2
Warmtewisselaar demonteren en reinigen
Om de warmtewisselaar te reinigen moet u deze eerst
demonteren.
e
Gevaar!
Levensgevaar door elektrocutie aan
spanningsvoerende aansluitingen. Trek voor
werkzaamheden aan het toestel de stekker uit
de contactdoos.
30
Attentie!
a
Let er bij de demontage en montage van de
warmtewisselaar op, dat deze niet wordt
beschadigd.
Grijp niet met de handen of met voorwerpen
direct in de lamellen van de warmtewisselaar.
Beschadigingen leiden tot vroegtijdige slijtage
van het toestel.
• Open het ventilatietoestel en verwijder de filters en
het voorpaneel zoals beschreven in paragraaf 4.6.
• Neem de warmtewisselaar met beide handen aan de
hoeken vast, zonder de lamellen te beschadigen.
• Trek de warmtewisselaar voorzichtig uit het toestel.
• Reinig de warmtewisselaar met een pH-neutraal
afwasmiddel en lauwwarm water. Spoel deze nog een
keer af met helder lauwwarm water.
• Laat de warmtewisselaar drogen.
Attentie!
a
Gebruik voor het reinigen van de
warmtewisselaar uitsluitend een pH-neutraal
afwasmiddel en lauwwarm water. Andere
reinigers, met name zuurhoudende
reinigingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld
azijnreiniger, leiden tot beschadiging van het
toestel.
Controleer bij gedemonteerde warmtewisselaar ook de
condenswaterafvoer (paragraaf 6.3) op vervuiling.
• Schuif de warmtewisselaar terug in het toestel. Let er
daarbij op dat de warmtewisselaar aan de boven- en
onderkant in de betreffende geleidingsrails zit en bij
het binnenbrengen niet kantelt.
Afb. 6.1 Warmtewisselaar demonteren
Installatiehandleiding recoVAIR/3 0020041776_00