Installatie
Bedrijfsvloeistof bij-
vullen
5.3 Vacuümzijde aansluiten
10
Uitsluitend toegestane bedrijfsvloeistoffen gebruiken!
Bij het gebruik van bedrijfsvloeistoffen die nooit door Pfeiffer Vacuum zijn toegestaan,
geldt uitsluitend een beperkte garantie. In dit geval kunnen wij niet garanderen dat de
pomp volgens de technische specificaties werkt.
Andere toepassingsspecifieke bedrijfsvloeistoffen mogen uitsluitend na overleg wor-
den gebruikt.
De vulschroef 87 voor de bedrijfsvloeistof uitschroeven.
Bedrijfsvloeistof bijvullen.
– Juist vulniveau tijdens bedrijf: volgens de afbeelding op het kijkglas.
87
Fig. 5:
Bedrijfsvloeistof bijvullen
De vulschroef 87 voor de bedrijfsvloeistof inschroeven.
Het niveau van de bedrijfsvloeistof bij een draaiende, warme pomp controleren; bo-
vendien
– de vacuümflens en het gasballastventiel sluiten.
– Het vulniveau van de bedrijfsvloeistof bij continu bedrijf dagelijks controleren, an-
ders na elke inschakeling. Navullen is tijdens het bedrijf in het eindvacuüm moge-
lijk.
Giftige dampen!
Gevaar voor vergiftiging bij het aansteken en verhitten van synthetische bedrijfsvloei-
stoffen (bijv. F4/F5) hoger dan 300 °C.
Gebruiksvoorschriften naleven.
De bedrijfsvloeistof niet in contact laten komen met tabaksartikelen, voorzorgsmaat-
regelen bij het hanteren van chemicaliën in acht nemen.
De afsluitkap van de vacuümflens verwijderen;
– op de conische zeef en de O-ring in de zuigpoort letten.
De verbinding tussen de pomp en het recipiënt zo kort mogelijk houden.
– Afhankelijk van het pomptype pvc-slangen of metalen slangen met flenskoppelin-
gen gebruiken.
– Om de pomp te beschermen kunnen afscheiders, filters etc. voorgeschakeld wor-
den (zie toebehoren). Het zuigvermogenverlies veroorzaakt door het geleidings-
vermogen van het toebehoren moet echter in het oog worden gehouden.
LET OP
WAARSCHUWING
13
max.
min.