Onderhoudsschema
Onderhoud
Controleer het oliepeil van de motor
1)
Vervang de motorolie
Controleer het luchtfilter
Maak het luchtfilter schoon
Vervang het luchtfiltercartridge
Maak het slibreservoir van het
brandstofsysteem schoon
Controleer de bougie en maak schoon.
Vervang de bougie
Controleer de werking van de motorschakelaar
Controleer het stationair toerental
Controleer de klepspeling en stel af
Maak de brandstoftank schoon
Controleer, vervang brandstofleidingen indien
4,5)
nodig
Controleer smoorklep en kabel
Controleer het mes
Controleer plaatjes en waarschuwingstekens
Controleer slijtage en spanning van de riem
Controleer het chassis, bouten en
instelschroeven
Reinig en smeer de draaipunten
Smeer de kettingen en stel ze af
Controleer de riemspanning
Controleer het motortoerental (3.000 TPM)
1)
Eerste vervangen na 20 uur.
3)
Voor ieder gebruik.
WAARSCHUWING!
Er mogen geen servicewerkzaamheden aan de motor of de machine worden
uitgevoerd tenzij:
•
De motor is gestopt.
•
De ontstekingskabel van de bougie is gehaald.
•
De machine goed is geparkeerd op een plaats waar hij niet kantelt of gaat rollen.
30-
Nederlands
ONDERHOUD
2)
3)
3)
4)
4)
3)
3)
3)
2)
Onder stoffige omstandigheden is onderhoud nodig met kortere intervallen.
4)
Uitgevoerd door een erkende servicewerkplaats.
Dage-
Weke-
lijks
lijks/10
1/25
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
Onderhoudsinterval
in maanden/uren
3/50
6/100
12/300
●
●
●
5)
Om de twee jaar uitgevoerd.
●
●
●
●
●
●
●