Rijden met de rolstoel
Het kantelpunt bepalen
Maak de rem los.
Rol even naar voren, houd beide hoepels vast en trek met
enige vaart na.
Door verplaatsing van uw gewicht en door tegensturen
aan de hoepels kunt u het kantelpunt bepalen.
6.5 Over treden en randen rijden
WAARSCHUWING! Valgevaar
Als u over treden rijdt, kunt u uw evenwicht
verliezen en met uw rolstoel kantelen.
- Rijd altijd langzaam en voorzichtig over treden,
stoepranden en andere randen.
- Rijd niet over treden die hoger zijn dan 25 cm.
24
LET OP
Een geactiveerde anti-kantelvoorziening voorkomt
dat de rolstoel naar achteren kantelt.
- Deactiveer de anti-kantelvoorziening in elk geval,
voordat u over een trede of een rand rijdt.
Met begeleider
Een trede afgaan
Rijd met de rolstoel in een rechte lijn tot aan de rand en
grijp de hoepels vast.
De begeleider houdt beide duwhandgrepen vast, plaatst
één voet op de trapdop (indien gemonteerd) en kantelt
K-Junior