8
|
Elektrische installatie
8.2.4 Specificaties van standaard bedradingscomponenten
Uitgebreide handleiding voor de installateur
50
Gebruik de volgende methodes om de draden te verbinden:
Draadtype
Éénaderige draad
Of
Geslagen geleider
samengedraaid voor
"vaste" verbinding
Gevlochten geleider met
rond oog
Aanhaalmomenten
Onderdeel
M4 (X1M)
M4 (aarde)
▪
De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet langer zijn dan de
andere draden.
Onderdeel
Voedingskabel
Kabel tussen de units (binnen↔buiten)
Aanbevolen lokale zekering
Aardlekschakelaar
c b
A
A´
a
a Draad met open lus (eenaderig of samengedraaide
geslagen geleider)
b Schroef
c Platte sluitring
c b
B
B
a
a Klem
b Schroef
c Platte sluitring
Toegelaten
NIET toegelaten
1-3
Spanning
Fase
Frequentie
Draaddikten
Methode
AA´
c
a
a
b
c
Aanhaalmoment (N•m)
1,2~1,5
220~240 V
1~
50 Hz
MOETEN voldoen aan de
toepasselijke wetgeving
4-aderige kabel ≥1,5 mm² en
geschikt voor 220~240 V
16 A
MOETEN voldoen aan de
toepasselijke wetgeving
RXP20~35N5V1B+ARXP20~35N5V1B
4P519439-22V – 2022.10
R32 Split-reeks