Veiligheidsmaatregelen Lees zorgvuldig de voorzorgsmaatregelen in deze Dit toestel is gevuld met R32. handleiding voordat u de unit bedient. • De in deze handleiding beschreven maatregelen worden onderverdeeld in WAARSCHUWING en VOORZICHTIG. Deze bevatten beide belangrijke informatie betreffende veiligheid. Neem alle veiligheidsinstructies nauwkeurig in acht. •...
Pagina 7
- de naam, het adres en de telefoonnummers overdag en 's nachts om service te bekomen. In Europa bevat EN378 de nodige richtlijnen voor dit logboek. • Gebruik alleen accessoires, optionele apparatuur/uitrustingen en reserveonderdelen die door DAIKIN gemaakt of goedgekeurd werden.
Werkingslimieten Gebruik het systeem in de volgende temperatuurs- en vochtigheidsbereiken opdat het veilig en doeltreffend zou kunnen werken. Koeling Verwarming Buitentemperatuur –10~46°C –15~24°C Binnentemperatuur 18~32°C 10~30°C Vochtigheid binnen ≤80% Opdat er geen condensatie en water uit het systeem zouden druppelen. Indien de temperatuur of de vochtigheid buiten deze condities valt, zou het kunnen dat veiligheidstoestellen in werking worden gezet en dat de airconditioner niet werkt.
Installatietekeningen voor de buitenunit Max. toegestane leidinglengte 30 m Min. toegestane leidinglengte Max. toegestane leidinghoogte 20 m Wanneer de koelmiddelleiding langer is dan 10 m, is extra 20 g/m koelmiddel nodig. Gasleiding Buitendiam. 15,9 mm Vloeistofleiding Buitendiam. 6,4 mm Vergeet niet de juiste hoeveelheid extra koelmiddel toe te voegen. Anders kan het rendement kleiner zijn.
Richtlijnen voor de installatie • Volg de volgende installatierichtlijnen wanneer zich een muur of een andere hindernis bevindt op de weg van de luchtinlaat of -uitlaat van de buitenunit. • Voor elk van de volgende installatiepatronen mag de muur langs de kant van de uitlaat maximum 1200 mm hoog zijn. Muur langs een zijde Muur langs twee zijden Meer dan 350...
Pagina 11
De buitenunit installeren De buitenunit installeren 1) Raadpleeg "Voorzorgsmaatregelen bij het selecteren van de plaats" en de "Installatietekeningen voor de buitenunit" wanneer u de buitenunit installeert. 2) Indien er een afvoer moet komen, volg dan de hieronder beschreven procedures. Afvoer Afvoerdop (1) Afvoerdop (2) 1) Gebruik Ⓑ...
De buitenunit installeren Koelmiddelleidingen VOORZICHTIG • Gebruik de wartelmoer bevestigd op de hoofdunit. (Om te beletten dat deze ooit zou barsten.) • Om geen gaslekken te hebben, breng alleen onbevriesbare olie aan op de binnenkant van de wartelmoer/verbreed gedeelte. (Gebruik onbevriesbare olie voor R410A of R32.) •...
Pagina 13
De buitenunit installeren Ontluchten en op gaslekken controleren • Wanneer alle buizen zijn aangesloten, moet worden ontlucht en gecontroleerd of er geen gaslekken zijn. WAARSCHUWING WAARSCHUWING • Vermeng geen andere substantie dan het voorgeschreven koelmiddel (R32) in de koelcyclus. • Wanneer er koelgas lekt, verlucht de kamer zo snel mogelijk en zoveel mogelijk. •...
De buitenunit installeren Opnieuw vullen met koelmiddel Controleer op het naamplaatje van de machine welk type koelmiddel moet worden gebruikt. Vul bij in vloeibare toestand via de gasbuis. Belangrijke informatie over het gebruikte koelmiddel Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. fabriekshoeveelheid koelmiddel: Het ingevuld label dient te worden zie typeplaatje van de unit Laat de gassen niet vrij in de atmosfeer.
Het leegpompen Om het milieu te beschermen, verwijder eerst alle koelmiddel uit de unit alvorens de unit te verplaatsen of af te voeren. 1) Verwijder de doppen van de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter. 2) Voer een gedwongen koeling uit. Inbussleutel 3) Wacht 3 tot 4 minuten en sluit dan de vloeistofafsluiter met een inbussleutel.
Pagina 17
Instelling voor voorzieningen (koeling bij lage buitentemperatuur) Deze functie werd ontwikkeld voor voorzieningen zoals computer- of apparatuurkamers. Deze instelling mag nooit worden gebruikt in een woning of kantoor waar mensen in de ruimte zitten. Door doorverbinding 6 (J6) op de printplaat door te knippen, wordt het werkingsgebied uitgebreid tot –15°C. Deze instelling stopt echter wanneer de buitentemperatuur lager wordt dan –20°C en start opnieuw wanneer de temperatuur opnieuw stijgt.
Bedrading WAARSCHUWING WAARSCHUWING • Gebruik geen kabels met stopcontacten, geslagen draden, verlengsnoeren of gekruiste aansluitingen, omdat deze oververhitting, elektrische schokken of brand kunnen veroorzaken. • Gebruik geen ter plaatse aangekochte elektrische onderdelen in het product. (Vertak niet de stroomtoevoer voor de afvoerpomp enz., vanuit het aansluitingenblok.) Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
Bedrading Bedradingsschema Legenda van het geünificeerd bedradingsschema Voor de toegepaste onderdelen en de nummering, raadpleeg de meegeleverde sticker met het bedradingsschema op de unit. De nummering van de onderdelen wordt voor elk onderdeel in Arabische cijfers in stijgende volgorde opgesteld en wordt in het overzicht onderaan met het symbool "*" in de code van het onderdeel weergegeven. STROOMONDERBREKER AARDING VERBINDING...
Proefdraaien en testen Proefdraaien en testen 1-1 Meet de voedingsspanning en controleer of deze binnen het voorgeschreven gebied ligt. 1-2 Het proefdraaien dient zowel in de stand Koeling als in de stand Verwarming te worden uitgevoerd. Voor de warmtepomp •...