6.4
Live monitor oproepen (statuscodes
controleren)
Menu → Live Monitor
–
Met de functie kunt u de statuscodes van de warmte-
pomp oproepen die u informatie over de actuele bedrijfs-
toestand van de warmtepomp leveren.
6.5
Statistieken oproepen
Menu → Installateurniveau → Testmenu → Statistieken
–
U kunt met de functie de statistieken voor de warmte-
pomp oproepen.
6.6
CV-circuit vullen
Geldigheid: België OF Nederland
Aanwijzing
We raden het gebruik van ethyleenglycol met
corrosiewerende additieven aan.
Als er geen antivries gevuld is, dan is het product
bij stroomuitval en vorst niet beschermd.
10mm
1
Ontluchtingsklep CV-
circuit
2
Steeksleutel (van de
klant)
3
Slang
1.
Ontlucht het CV-circuit tijdens het vullen, zie CV-circuit
ontluchten (→ Pagina 21).
2.
Verbind een slangeinde (3) met de ontluchtingsklep van
het CV-circuit (1).
3.
Steek tijdens het ontluchten het andere slangeinde (3)
in het opvangreservoir (4).
4.
Open de ontluchtingsklep van het CV-circuit (1) met
een steeksleutel (2).
0020186581_06 aroTHERM Installatiehandleiding
A
B
1
2
3
4
4
Opvangbak (van de
klant)
–
Werkmateriaal: Steeksleutel SW10
5.
Om het CV-circuit te ontluchten, opent u met een steek-
sleutel de ontluchtingsklep van het CV-circuit (1) een
1/4 omwenteling (B).
6.
Bouw in het CV-circuit van de warmtepomp een be-
drijfsdruk op.
–
Bedrijfsdruk: 0,15 ... 0,2 MPa (1,50 ... 2,0 bar)
Aanwijzing
Het drukniveau kan tijdens de eerste maand
na de ingebruikneming dalen. Het kan ook
afhankelijk van de buitentemperatuur varië-
ren.
1
6
1
Afvoerslang
2
CV-aanvoer
3
Afsluitklep
7.
Sluit de afsluitkraan in de CV-aanvoerleiding.
8.
Vul het CV-circuit via de CV-retourleiding.
◁
De lucht verzamelt zich bij de ontluchtingsklep.
Voorwaarde: Als u glycol gebruikt
▶
Laat glycol niet in de afvoer en in het milieu terechtko-
men.
▶
Maak een mengeling met geschikte glycol (max. 50%
ethyleenglycol) om de warmtepomp afhankelijk van de
regionale laagste temperaturen tegen vorst te bescher-
men.
Aanwijzing
Als er geen antivries gevuld is, dan is het pro-
duct bij stroomuitval en vorst niet beschermd.
▶
Gebruik een antivriestester om de correcte dosering te
garanderen.
Ingebruikname 6
2
3
4
5
4
Toevoer water/glycol
5
CV-retour
6
Opvangreservoir
19