Herkenningskleuren
Toegang met naam via vervolgkeuzemenu's
De verschillende menu's worden geopend naargelang hun naam. Vanuit het hoofdmenu kan de menuselectie worden
geopend door op de toetsen "+" of "–" te drukken. Op de selectiepagina van de menu's verschijnen de namen van de
menu's die geopend kunnen worden en een van de menu's wordt gemarkeerd door een balk (zie afbeelding 58). Met
de toetsen "+" en "-" wordt de markeerbalk verplaatst totdat het gewenste menu geselecteerd is. Dit kan dan worden
geopend door op SET te drukken.
De menu's die weergegeven kunnen worden zijn MAIN, GEBRUIKER, MONITOR, vervolgens verschijnt er een vierde
item UITGEBREID MENU; hiermee is het mogelijk het aantal weergegeven menu's uit te breiden. Door UITGEBREID
MENU te selecteren verschijnt er een pop-up dat vraagt de toegangscode (WACHTWOORD) in te voeren. De
toegangscode (WACHTWOORD) komt overeen met de toetsencombinatie die gebruikt wordt voor de rechtstreekse
toegang en maakt het mogelijk de weergegeven menu's uit te breiden vanuit het menu dat correspondeert met de
toegangscode, naar alle menu's met een lagere prioriteit.
De menu's hebben deze volgorde: Gebruiker, Monitor, Setpoint, Installateur, Technische assistentie.
Nadat een toegangscode geselecteerd is, blijven de gedeblokkeerde menu's 15 minuten lang beschikbaar, of tot ze
met de hand worden gedeactiveerd door middel van het item "Geavanceerde menu's verbergen" dat in de
menuselectie verschijnt wanneer er een toegangscode wordt gebruikt.
9.4 BETEKENIS VAN DE AFZONDERLIJKE PARAMETERS
9.4.1 GEBRUIKERSMENU
Door vanuit het hoofdmenu op de MODE-toets te drukken (of door het selectiemenu te gebruiken door op "+" of "-" te
drukken), wordt het MENU GEBRUIKER geopend. In het menu verschijnen achtereenvolgens de volgende
grootheden.
VP: Drukweergave
Druk van de installatie gemeten in [bar] of [psi], al naargelang het gebruikte matenstelsel, of het vloeistofniveau in de
bak. Alleen beschikbaar indien er een druk- of dieptesensor wordt gebruikt.
C1: Weergave van de fasestroom van pomp P1
Fasestroom van de elektropomp die aangesloten is als P1 in [A].
C2: Weergave van de fasestroom van pomp P2
Fasestroom van de elektropomp die aangesloten is als P2 in [A].
PO1: Weergave van het vermogen dat wordt opgenomen door pomp P1
Vermogen dat wordt afgegeven aan de elektropomp P1 in [kW].
PO2: Weergave van het vermogen dat wordt opgenomen door pomp P2
Vermogen dat wordt afgegeven aan de elektropomp P2 in [kW].
VE: Systeemmonitor
Geeft de status van het systeem weer, bovendien kunnen de hardware- en softwareversie van de E.Box worden
bekeken.
NEDERLANDS
Legenda
Opmerkingen betreffende de parameters
Alleen bij drukopbouw met actieve druksensor
Alleen indien er een druk- of dieptesensor wordt gebruikt
Alleen in Kiwa-modus
Alleen bij vullen of ontwatering met dieptesensor.
Alleen-lezen parameters.
Tabel 16: Menustructuur
Afbeelding 58: Selectie van de vervolgkeuzemenu's
293