Beschrijving van het apparaat
De apparaten zijn ontworpen voor
een universele en probleemloze
luchtontvochtiging.
Ze kunnen dankzij hun compacte
afmetingen gemakkelijk worden
getransporteerd en opgesteld.
De apparaten werken volgens het
condensatieprincipe en zijn uitge-
rust met een hermetisch afgesloten
koelinstallatie, heetgasontdooiing,
geluids- en onderhoudsarme circu-
latieventilator en een aansluitkabel
met stekker.
De volautomatische besturing, de
regelbare hygrostaat, het con-
densreservoir met geïntegreerde
beveiliging tegen overlopen en
de aansluitnippels voor directe
condensafvoer garanderen een
storingsvrije continue werking.
De apparaten voldoen aan de
fundamentele veiligheids- en ge-
zondheidseisen van de betreffende
EU-bepalingen.
De apparaten zijn veilig in het ge-
bruik en gemakkelijk te bedienen.
De apparaten worden overal ge-
bruikt waar waarde wordt gehecht
aan droge ruimtes en waar econo-
mische gevolgschades (bijv. door
schimmelvorming) moeten worden
vermeden.
De apparaten worden onder an-
dere gebruikt voor het drogen en
ontvochtigen van:
Woon-, slaap-, douche- of
■
kelderruimtes
Waskeukens, weekendhuisjes,
■
caravans
magazijnen, archieven,
■
laboratoria
Bad-, was- en kleedruimtes,
■
enz.
Kelderruimtes, magazijnruimtes
■
Werking
Door de Power-toets worden de
apparaten in- en uitgeschakeld.
De circulatieventilator zuigt de
vochtige omgevingslucht binnen
aan via het aanzuigrooster met
filter, verdamper en de daarachter
liggende condensator.
Op de koude verdamper wordt
warmte onttrokken aan de omge-
vingslucht binnen en wordt deze
tot onder het dauwpunt afgekoeld.
De waterdamp die in de omge-
vingslucht binnen is opgenomen,
slaat als condens resp. rijp neer op
de verdamperlamellen.
Bij de condensator (warmtewis-
selaar) wordt de afgekoelde en
ontvochtigde lucht weer verwarmd
en via het uitblaasrooster met een
temperatuurverhoging van ca. 5 -
10 °C boven de ruimtetemperatuur
teruggeblazen in de ruimte.
De zo bewerkte, drogere lucht
mengt zich weer met de de omge-
vingslucht binnen.
Door de continue circulatie van de
omgevingslucht binnen door het
apparaat wordt de relatieve lucht-
vochtigheid in de opstellingsruimte
langzamerhand verminderd tot de
Schematische weergave van de werking van de REMKO luchtontvochtiger
Ontvochtigde
Omgevingslucht
binnen
Circulatieventilator
Condensator
Condensreservoir
gewenste vochtwaarde (% RV).
Afhankelijk van de temperatuur
van de lucht in de lucht en de
relatieve luchtvochtigheid druppelt
het gecondenseerde water continu
of alleen tijdens de ontdooifases
in de condensval en dan, door de
geïntegreerde afvoersteunen, in
het zich daaronder bevindende
condensreservoir.
In het condensreservoir is een
vlotter aangebracht die bij gevuld
reservoir de ontvochtigingswerking
via een microschakelaar onder-
breekt.
De apparaten worden uitgescha-
keld en het controlelampje "Reser-
voir vol" op het bedieningspaneel
brandt. Dit gaat pas weer uit als
het geleegde condensreservoir is
teruggeplaatst.
Het apparaat start pas opnieuw na
een inschakelvertraging van ca. 3
minuten.
Bij onbewaakt continubedrijf met
externe condensaansluiting wordt
de ontstane condens continu via
een slangaansluiting afgevoerd.
Vochtige omgevingslucht
binnen
Verdamper
Condensval
Compressor
13