4.
Montage van de aandrijving
•
Bepaal het hoogste looppunt van de garagedeur:
open de deur en meet de kleinste afstand tussen de bovenkant
van de deur en het plafond. Deze afstand moet tenminste 30
mm bedragen! De onderkant van de C-rail moet boven het
hoogste looppunt van de deur liggen.
•
De aandrijving kan tegen de muur (S) of aan het plafond (D)
gemonteerd worden.
•
Middenlijn op de binnenzijde van de deur (VM) bepalen en
deze op de deur, de latei of het plafond markeren.
Stand: Januar 1999
•
Markering 74 mm (tiga 1100 N 106 mm) rechts en links van het
midden van de deur (VM) op dezelfde hoogte op de latei of het
plafond aanbrengen.
•
Boor twee gaten (Ø 10 x 65 mm diep).
Voorzichtig! Houd rekening met de dikte van het plafond!
•
Open de deur, neem de markering van het deurmidden op het
plafond over (HM). Sluit de deur.
•
Plaats de pluggen (1). Til de aandrijving (2) aan de voorkant
op. Draai de muurbevestiging (3) met twee schroeven (4) en
sluitringen (5) vast.
6