Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen; Elektrische Bijverwarming - Maximaal Vermogen - Nibe F1155PC Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor F1155PC:
Inhoudsopgave

Advertenties

LET OP!
Wijzigingen van temperatuur in de woning ne-
men tijd in beslag. Korte perioden in combinatie
met vloerverwarming leveren bijvoorbeeld geen
merkbaar verschil op in de kamertemperatuur.

Instellingen

FQ10
AA1-X7
AA1-X3
ELEKTRISCHE BIJVERWARMING -
MAXIMAAL VERMOGEN
Het aantal stappen, het maximale elektrische vermogen
en de voeding op de aansluiting voor het elektrische
verwarmingselement variëren per model. Zie de tabellen.
De elektrische bijverwarming is mogelijk beperkt, afhan-
kelijk van het gekozen land.
Bij levering is het elektrisch verwarmingselement aan-
gesloten voor maximaal 7 kW (om te zetten naar 9 kW
bij 3x400V).
Het vermogen van het elektrisch verwarmingselement
is verdeeld in zeven stappen (vier stappen als het elek-
trisch verwarmingselement voor 3x400V is omgezet
naar maximaal 9 kW), volgens de onderstaande tabel.
F1155PC
Max.
1x230V
4,5 kW
3x400V
6,5 kW
Instelling max. elektrisch vermogen
Het maximale vermogen van de elektrische bijverwar-
ming wordt ingesteld in menu 5.1.12.
In de tabel wordt de totale fasestroom voor het elektri-
sche verwarmingselement bij opstarten weergegeven.
Als een elektrisch verwarmingselement al is gestart en
niet voor zijn volledige capaciteit wordt gebruikt, kunnen
de waarden in de tabel worden gewijzigd aangezien de
bediening vooral dit elektrische verwarmingselement
gebruikt.
NIBE F1155PC
AA1-S2
Aantal aansluitstappen
9
13
3x400V, F1155PC
Max. elektri-
Max. fase-
sche bijver-
stroom L1(A)
warming
(kW)
0,0
0,5
2,2
1,0
1,5
2,2
2,0
2,5
2,2
3,0
3,5
2,2
4,0
7,5
4,5
9,7
5,0
7,5
5,5
9,7
6,0
7,5
6,5
9,7
1x230V, F1155PC
Max. elektrische bijverwar-
ming (kW)
0,0
0,5
1,0
1,5
2,0
2,5
3,0
3,5
4,0
4,5
Indien er stroomsensoren zijn aangesloten, regelt de
warmtepomp de fasestromen en wijst deze automatisch
de elektrische stappen toe aan de minst geladen fase.
NOODSTAND
Indien de warmtepomp is ingesteld op de noodstand
(SF1 is ingesteld op
), worden uitsluitend de meest
benodigde functies geactiveerd.
• De compressor is uit en de verwarming wordt gere-
geld door het elektrische verwarmingselement.
• Er wordt geen warm water aangemaakt.
• De laadmonitor is niet aangesloten.
Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen
Max. fase-
Max. fase-
stroom L2(A)
stroom
L3(A)
4,3
4,3
8,7
8,7
4,3
8,7
4,3
8,7
4,3
7,5
4,3
7,5
16,2
16,2
4,3
16,2
4,3
16,2
Max. fasestroom L1(A)
2,2
4,3
6,5
8,6
10,8
13,0
15,2
17,3
19,5
23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave