Ter bescherming tegen bevriezing wordt een tempera-
tuursensor voor de overdracht van een analoog signaal
naar de regelaar in een pijp op de verzamelleiding ge-
plaatst voor retourwater De sensor dient waterdicht met
een afdichting in de pijp gemonteerd te worden voordat
er waterdruk op de batterij kan worden gezet. De buis
voor de sensor is gesoldeerd op de verzamelbuis en het is
belangrijk dat deze buis wordt tegengehouden, wanneer
de dop van de sensor wordt aangedraaid.
Batterij van bovenaf gezien. De sensor meet de water-
temperatuur van het water in één van de kleine leidingen
voor retourwater in de batterij. De sensor reduceert de
doorsnede in deze leiding en dus ook de flow van warm
water in deze leiding. De temperatuur in deze leiding
wordt meer gereduceerd dan de temperatuur in alle an-
dere leidingen door de luchtstroming door de batterij.
Omdat de laagste temperatuur in de batterij waarschijnlijk
hier wordt gemeten, creëert dit systeem een vroegtijdige
en veilige vorstwaarschuwing.
Het is belangrijk dat de dop voldoende wordt aangedraaid
om de sensor volledig waterdicht te houden.
I.4.4.1.2 Klepmotor en klep voor verwarming
De klep en de klepmotor zijn niet geïnstalleerd. 2-weg of 3-weg klep is beschikbaar.
I.4.4.2
Koelbatterijen
Leidingen voor gekoeld water of koelmiddel moeten worden geïsoleerd. Leidingen en isolatie worden niet geleverd
door Systemair.
I.4.4.2.1 Pijpaansluiting naar koelbatterijen voor gekoeld water
Batterijen met 3 rijen of meer moeten altijd worden aangesloten in tegenstroom aan de luchtstroom.
Pas op
De glycol mag geen additieven bevatten en auto-glycol mag niet worden gebruikt.
Automatische ontluchting moet op het hoogste punt van de 2 leidingen worden geïnstalleerd— aanvoer of
retourleiding.
I.4.4.2.2 Klepmotor en klep voor koelen
De klep en de klepmotor zijn niet geïnstalleerd. 2-weg of 3-weg klep is beschikbaar.
output |
Instructies voor het uitladen op de locatie, installatie en aansluiting |
31