5. Installatie van de verschillende sensoren.
5.1. Snelheidsmeter.
5.1.1 Plaatsing op de schoen.
S chuif de clip in de lengterichting onder de veters, op het meest vlakke gedeelte van de schoen (een hoek van meer
dan 30° ten opzichte van een horizontale lijn kan de nauwkeurigheid van de meting beïnvloeden);
B evestig de snelheidsmeter (ovale capsule) onder de achterste veterclip, met de inkeping van de snel
heidsmeter naar voren gericht;
D ruk tegelijkertijd op het voorste deel van de veterclip en het voorste deel van de snelheidsmeter om de
inkeping van de snelheidsmeter vast te klikken op de veiligheidssluiting van de clip;
h aal de veters zodanig aan dat de snelheidsmeter op de plaats blijft zitten.
Verwijderen snelheidsmeter : Druk op het lipje aan de voorkant van veterclip om deze te verwijderen.
5.1.2. Plaatsing in de schoen.
5.2. Borstband hartslagmeting (m.u.v. W 500 SD).
Sensoren
1
Bepaalde schoenmodellen beschikken over een speciale opberg
mogelijkheid voor de snelheidsmeter in de schoen. In dat geval
heeft u de veterclip niet nodig. U dient dan alleen rekening te hou
den met de richting waarin de snelheidsmeter geplaatst moet wor
den in de opbergmogelijkheid van de schoen.
1
Ontvangstbereik
*118.08 inchs
2
Plaatsing
2
4
3
3