Installatiehandleiding
22
6.2.3
Uitgangen
Sluit de voeding (bv. 24 V DC) voor de externe vloeistoftoevoer aan op 9 en 10. Als een interne voeding (vanuit de
machine) wordt gebruikt, kan deze worden afgenomen van 1 (N), aangesloten op 9, en van 2 (L), aangesloten op 10.
Max. belasting op de uitgangen 0,5 A.
Signalen voor externe vloeistoftoevoeren 1-5 worden aangesloten op 12-16 op de I/O-kaart, waarbij aansluiting:
12 = Signaal 1
13 = Signaal 2
14 = Signaal 3
15 = Signaal 4
16 = Signaal 5
fig.6236B
Signalen voor externe vloeistoftoevoeren 6-10 worden aangesloten het aansluitblok 6-10 naast de I/O-kaart, waarbij
aansluiting:
6 = Signaal 6
7 = Signaal 7
8 = Signaal 8
9 = Signaal 9
10 = Signaal 10
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
fig.7026