Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gebruik En Onderhoud; Bediening Van De Veiligheidsmodule; Eerste Inbedrijfname; Configuratie - schmersal PROTECT SELECT Bedieningshandleiding

Multifunctionele veiligheidsmodule
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedieningshandleiding
Multifunctionele veiligheidsmodule

6. Gebruik en onderhoud

Op basis van de instelinstructie van de projectingenieur voert de
inbedrijfnemer de noodzakelijke instellingen aan de veiligheidsmodule
uit en controleert deze vervolgens. Hierbij moet de onderstaande
volgorde aangehouden worden:
1. Instellingen uitvoeren volgens de instelinstructie
2. De uitgelezen data vergelijken met de instelinstructie.
3. Parameter- en programma-CRC in de instelinstructie invoeren.
4. Afnametest (functietest, correcte bekabeling, polariteit van de
actuatoren, enz.) uitvoeren.
5. Instelinstructie en proces-verbaal van de afnametest ondertekenen.
6. Instelinstructie en proces-verbaal van de afnametest bij de
machinedocumentatie voegen.

6.1 Bediening van de veiligheidsmodule

De bediening gebeurt met de terugverende tuimelschakelaar. Als een
invoer door een gekleurde balk opgelicht wordt (cursor), kan men via
"op/af" van de terugverende tuimelschakelaar in het menu navigeren.
Als men op de schakelaar drukt, wordt de huidige invoer geselecteerd.
Als het om een parameter gaat, kan nu de waarde ingesteld worden
(op/af). De waarde wordt eveneens overgenomen/weggeschreven door
op de terugverende tuimelschakelaar te drukken. Als de gebruiker bij de
eerste invoer van een menu op "op" drukt, komt hij in het bovenliggende
menu terecht. Om de screen saver (bewegende cirkel) te deactiveren
moet men eveneens op de terugverende tuimelschakelaar drukken.
In de verdere beschrijving wordt voor het drukken van de terugverende
tuimelschakelaar het begrip "ENTER" gebruikt.

6.2 Eerste inbedrijfname

1. Na het inschakelen verschijnt het inschakelscherm.
2. Vervolgens moet men de menutaal kiezen
(standaard: Engels).
3. Na ENTER verschijnt de melding dat een
configuratie/parametrering vereist is.
4. Bevestig met ENTER.
5. Om de configuratie uit te voeren, moet een PIN
(in de fabriek ingesteld op 0000) ingevoerd
worden. De invoer gebeurt cijfermatig
via de functie op/af van de terugverende
tuimelschakelaar. Om naar het volgende cijfer te
gaan, drukt u op ENTER.
6. Na invoer van de correcte pin verschijnt het
scherm "Configuratie veiligheidsmodule".
7. Open met menu met ENTER. Kies nu het
gewenste programma en bevestig met ENTER.
8. Nu verschijnt de lijst met MSP-codes voor
de ingangscircuits. Stel voor iedere MSP de
bijbehorende code in volgens de lijst. Na de
invoer worden de gekozen instellingen in
voltekst weergegeven. Met ENTER keert u terug
naar de weergave van de codelijst. Als u bij de
laatste MSP code "naar beneden" navigeert,
verschijnt het volgende menu.
9. Bij gebruik van een deurvergrendeling verschijnt
de selectie van het type (ruststroom Ja/Neen).
10. Stel nu de vereiste waarde voor de analoge
ingangen, de ingangen en de tijden in.
11. Als alle instellingen ingevoerd zijn, drukt u op
"omhoog" tot de vraag "Opslaan Ja/Neen"
verschijnt. Bevestig met "Ja". Alle parameters
worden op meerdere pagina's op het scherm
getoond (rode achtergrond). Alle parameters zijn
met een "M" ("modified"/gewijzigd) gemarkeerd.
Controleer alle waarden nog eens; u bladert
verder met ENTER.
12. Na de weergave van "Readback completed"
keert u terug naar de PIN invoer.
13. Voer eerst de fabriek PIN 0000 in.
14. Daarna moet u een nieuwe PIN uit de
instelinstructie invoeren en herhalen.
15. De CRC die nu getoond wordt, moet in de
instelinstructie genoteerd worden.
SCHMERSAL
PROTECT
SELECT

6.3 Configuratie

De instelling gebeurt verder zoals in 5.7 beschreven.
Taal
Duits
Afwijkend:
Als na het inschakelen het Schmersal logo verschijnt, drukt u op de
terugverende tuimelschakelaar om eerst het ingestelde programma
weer te geven en vervolgens het hoofdmenu. Als in plaats van het
OPGELET!
Schmersal logo een PLC melding verschijnt, drukt u op "omhoog" tot u
Module moet eerst
in het hoofdmenu komt. Hier selecteert u "Configuratie". De PIN die u
geconfigureerd worden!
moet invoeren, is nu de PIN uit de instelinstructie. De volgorde stemt
PIN invoer
overeen met deze van de "eerste inbedrijfname". Bij de afsluitende
weergave van de parameteers met rode achtergrond worden nu de
0 0 0 0
gewijzigde waarden met een blauwe "M" gemarkeerd; deze moeten in
het bijzonder gecontroleerd worden.
LED RUN
brandt:
knippert Parametreermodus of fabrieksinstelling van de
Configuratie
Veiligheidsmodule

6.4 Gedrag bij storingen

Programmaselectie
Prog 01
In geval van een storing wordt de volgende werkwijze aangeraden
Prog 02
1. UB LED donker: spanningstoevoer controleren
Prog 03
Prog 04
2. ERR LED brandt/knippert: foutmelding op display evalueren en
bijbehorende actie ondernemen.
Code ingangscircuit
MSP 01: 1 A 5
3. ERR LED donker: fout kan niet door PROTECT SELECT
MSP 02: 3 6 8
gediagnosticeerd worden.
MSP 03: 6 D 2
1 E 7
Actie: externe bekabeling controleren
MSP 03: (1 E 7)
LED ERR
Noodstop 2K
NC/NC Start
brandt:
Terugkoppeling
knippert: opmerking of waarschuwing actief
Start+cyclischetest
Fouten / Waarschuwingen / Meldingen worden in voltekst
op de display getoond.
NL
PROTECT SELECT
PROTECT SELECT OEM
Bedrijfsmodus
module geactiveerd (zie eerste parameterinstelling)
fout actief (veilige toestand)
(werking met eventuele beperkingen)
Veiligheidsvergrendeling
Ruststroom
Parameter
Analoge ingangen
Ingangen
Tijden
Configuratie
opslaan?
JA
NEEN
PIN invoer
0 0 0 0
Nieuwe PIN invoer
3 1 0 7
Nieuwe CRC
Par-CRC: A5778EDB
CRC noteren!
Druk op een knop om
te herstarten...
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Protect select oem

Inhoudsopgave