Automatische onderwerpselectie
In R-stand selecteert de camera het onderwerp
overeenkomstig de opnameomstandigheden en het
type van onderwerp: d (portretten), d (onderbe-
lichte landschappen), f (onderbelichte portretten),
c (landschappen), e (close-ups), g (tegenlichtpor-
tretten), of a (andere onderwerpen).
Scènepictogrammen
REC
REC
1
999m59s
F
Foto's maken tijdens een opname
Druk op de ontspanknop om een foto te maken tijdens
een opname.
1
• Zie pagina 90 voor informatie over de keuze hoe fo-
to's worden opgeslagen.
• De foto wordt afzonderlijk van de film opgeslagen en
verschijnt niet als onderdeel van de film.
3
• Er kunnen geen foto's worden gemaakt terwijl een
high-speed film wordt opgenomen.
• Het aantal foto's dat kan worden genomen is beperkt.
3
• De indicatorlamp licht tijdens het filmen op. Het batte-
rijencompartiment mag niet worden geopend terwijl u
opnamen maakt of als de indicatorlamp brandt. Doet u
dit wel, dan kan de film wellicht niet worden afgespeeld.
• In films met zeer heldere onderwerpen kunnen verticale
of horizontale strepen verschijnen. Dit is normaal en
duidt niet op een defect.
• De temperatuur van de camera kan stijgen als deze
voor een langere periode wordt gebruikt om films op te
nemen of als de omgevingstemperatuur hoog is. Dit is
normaal en duidt niet op een defect.
F Films opnemen
69