MIDI i nstellingen
De afkorting MIDI staat voor Musical Instrument Digital Interface, e en internationale standaard voor de
verbinding van muziekinstrumenten, computers en andere apparaten, waardoor deze apparaten onderling
verbonden kunnen worden.
M IDI aansluitingen
MIDI b us
MIDI IN
MIDI OUT
M IDI kanalen
MIDI gebruikt zogenaamde kanalen voor het uitwisselen van gegevens tussen MIDI apparaten. Men onderscheidt hier tussen
ontvangst- (MIDI IN) en zendkanalen (MIDI OUT). Opdat een communicatie goed functioneert, moet het zendkanaal van het eer-
ste apparaat met het ontvangstkanaal van het tweede apparaat overeenstemmen en omgekeerd. Op de ontvangstkanalen kunnen MIDI
gegevens van andere MIDI apparaten worden ontvangen. Op zendkanalen kunnen MIDI gegevens aan andere MIDI apparaten worden
gezonden.
Onderstaande afbeelding toont drie instrumenten die via MIDI zijn verbonden.
zendend i nstrument a
Het instrument a zendt zijn kanaal- en klavierinformatie op het ingestelde zendkanaal aan de ontvangende instrumenten b/
c.
D e informaties komen bij de ontvangende instrumenten aan b/c.
Indien het ontvangstkanaal van de instrumenten b/c m et het zendkanaal van instrument a overeenstemt, zal het
aansturen functioneren.
W anneer de kanalen niet overeenstemmen, reageren de ontvangstinstrumenten b/c ni et op de gezonden gegevens.
Voor het zend- en het ontvangstkanaal staan de kanalen 1-16 ter beschikking.
O pname en weergave met een sequencer
W anneer de CA13 met een sequencer is verbonden, kan men
met verschillende klanken gelijktijdig werken en op ieder MIDI
kanaal een andere klank opslaan.
0
Fun ctie
Ontvangt notengegevens, programmawisselingen en andere gegevens.
Zendt noten, programmawisselingen en andere gegevens .
ontvangend i nstrument b
o ntvangend i nstrument c
s equen c er