Basisbediening van de camcorder
Basisbediening van de camcorder
Afhankelijk van de manier waarop u wilt opnemen, moet u mogelijk schakelen tussen het opnemen van videoclips
en het maken van foto's. Voordat u begint met opnemen, kunt u ook een filmmodus selecteren die u de vrijheid
28
geeft om de cameragerelateerde instellingen van de camcorder aan te passen of om de instellingen van de
camcorder in te stellen op verschillende niveaus, afhankelijk van de modus. Nadat u klaar bent met opnemen,
kunt u uw opnamen controleren door de camcorder in de afspeelstand te zetten.
Wisselen tussen films en foto's
Bedieningsstanden:
Als u videoclips wilt opnemen, stelt u de film/foto-schakelaar
in op v. Als u foto's wilt maken, stelt u deze schakelaar in
op {.
De filmmodus instellen
U kunt een filmmodus instellen die overeenkomt met uw persoonlijke
opnamestijl.
Bedieningsstanden:
Houd de filmmoduswielknop ingedrukt en stel het
filmmoduswiel in op de gewenste stand.
• Voor meer informatie over de verschillende opnamestanden
raadpleegt u Opnamestanden (A 55).
Wisselen tussen opnemen en afspelen
Met één druk op de knop kan de camcorder eenvoudig schakelen
tussen de opnamestand en de afspeelstand. Voor meer informatie
over het afspelen van uw opnamen raadpleegt u Afspelen (A 108).
Bedieningsstanden:
Houd de ^-knop ingedrukt.
Inhoudsopgave
Menu's
Index