Problemen oplossen
Ik kan de camcorder niet aansluiten op een netwerk met behulp van WiFi.
- Wanneer u alle instellingen van de camcorder reset, gaan ook alle netwerkinstellingen verloren. Verwijder in de
WiFiinstellingen van het netwerkapparaat het netwerkprofiel van de camcorder en sluit de camcorder vervolgens
opnieuw aan.
- Het draadloze signaal is niet sterk genoeg of er zijn andere apparaten in de buurt die het draadloze signaal verstoren.
150
Raadpleeg Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot WiFi-netwerken (A 150).
De toepassing Afspelen via browser wordt niet geopend in de internetbrowser.
- Zorg ervoor dat u de functie op de camcorder inschakelt met de optie [WiFi-instelling] > [1] > [Afspelen via browser].
- De URL die in de adresbalk van de internetbrowser is ingevoerd, klopt niet. Voer de URL in, precies zoals deze wordt
weergegeven op het camcorderscherm.
- Het afdekplaatje van de opnamemediasleuf staat open of er is geen SD-kaart in de camcorder geplaatst. Controleer of
er op de juiste wijze een SD-kaart met daarop clips en foto's in de camcorder is geplaatst en dat het afdekplaatje van
de opnamemediasleuf gesloten is.
De toepassing Browser Remote wordt niet geopend in de internetbrowser.
- Zorg ervoor dat u de functie op de camcorder inschakelt met de optie [WiFi-instelling] > [1] > [Browserbediening].
- De URL die in de adresbalk van de internetbrowser is ingevoerd, klopt niet. Voer de URL in, precies zoals deze wordt
weergegeven op het camcorderscherm.
- Browser Remote kan niet worden opgestart wanneer u opnamen maakt met de camcorder. Start Browser Remote
op voordat u begint met opnemen.
Het scherm Browser Remote of Afspelen via browser wordt niet juist weergegeven in de internetbrowser.
- Dit apparaat, dit besturingssysteem of deze internetbrowser wordt mogelijk niet ondersteund. Bezoek de website
van Canon voor uw regio voor de nieuwste informatie over ondersteunde systemen.
- Schakel JavaScript en cookies in de instellingen van uw internetbrowser in. Raadpleeg de hulpmodules of online
documentatie van de internetbrowser die u gebruikt.
Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot WiFi-netwerken
Als u een WiFi-netwerk gebruikt, kunt u de volgende oplossingsmogelijkheden proberen als de verzendsnelheid
zakt, de verbinding verbroken wordt of wanneer zich andere problemen voordoen.
Locatie van het toegangspunt (draadloze router)
- Als u een WiFi-netwerk binnen gebruikt, plaatst u het toegangspunt in dezelfde ruimte als waar u de camcorder
gebruikt.
- Plaats het toegangspunt op een open locatie zonder belemmeringen, waar geen mensen of voorwerpen tussen het
toegangspunt en de camcorder kunnen komen.
- Plaats het toegangspunt zo dicht mogelijk bij de camcorder. Met name tijdens gebruik buiten als het slecht weer is,
kan regen radiogolven absorberen en de verbinding verstoren.
Elektronische apparaten in de buurt
- Als de verzendsnelheid van een WiFi-netwerk zakt wegens storing door een van de volgende elektronische
apparaten, kan het probleem worden opgelost als u overstapt op de 5 GHz-band* of op een ander kanaal.
- WiFi-netwerken die het protocol IEEE 802.11b/g/n gebruiken, werken in de 2,4 GHz-band. Daardoor kan de
verzendsnelheid zakken als er in de buurt magnetrons, draadloze telefoons, microfoons of andere vergelijkbare
apparaten gebruikt worden die op dezelfde frequentieband werken.
- Als in de buurt een ander toegangspunt wordt gebruikt dat op dezelfde frequentie werkt als de zender, kan de
verzendsnelheid zakken.
* De 5 GHz-band is niet beschikbaar voor camcorders met een identificatielabel waarop de camcorder-id "ID0083" en de tekst
"2.4 GHz only" staan vermeld' (A 162).
Meerdere camcorders/toegangspunten gebruiken
- Controleer of er geen IP-adresconflicten zijn tussen de apparaten op hetzelfde netwerk zijn aangesloten.
- Als er meerdere XC15-camcorders worden verbonden met één toegangspunt, kunnen de verbindingssnelheden
lager worden.
- Om storing door radiogolven te verminderen als meerdere toegangspunten gebruikmaken van IEEE 802.11b/g of
IEEE 802.11n (in de 2,4 GHz-band), slaat u vier kanalen over tussen elk toegangspunt. Gebruik bijvoorbeeld kanalen 1,
6 en 11, kanalen 2, 7 en 12, of kanalen 3, 8 en 13. Als u IEEE 802.11a/n kunt gebruiken (in de 5 GHz-band*), schakelt
u over op IEEE 802.11a/n en voert u een ander kanaal in.
* De 5 GHz-band is niet beschikbaar voor camcorders met een identificatielabel waarop de camcorder-id "ID0083" en de tekst
"2.4 GHz only" staan vermeld' (A 162).
Inhoudsopgave
Menu's
Index