4 Opstellen en uitrichten
4.1
Voorbereiden van het voertuig
AANWIJZINGEN
De nationale
voorschriften moeten
in ieder geval worden
opgevolgd.
De banden moeten de
voorgeschreven bandenspanning
hebben! Het voertuig moet als
volgt worden belast:
•
Personenauto met één
persoon of 75 kg op de
bestuurdersplaats, terwijl het
voertuig verder onbelast is.
•
Vrachtwagens en andere
meersporige voertuigen
worden niet belast.
(Leeggewicht conform
wegenverkeerswet.)
•
Enkelsporige voertuigen
zoals eenassige tractoren
of productiemachines (met
zitkar of aanhanger): met
één persoon of 75 kg op de
bestuurderplaats.
Bij voertuigen met hydraulische vering of luchtvering moet de motor met een gemiddeld toerental draaien, tot de
hoogte van het voertuig niet meer verandert.
Wanneer de koplampen automatisch worden gecorrigeerd of er sprake is van een traploze of 2-traps afstelinrichting,
dan moeten de aanwijzingen van de fabrikant in acht worden genomen. De nationale voorschriften moeten in
ieder geval worden opgevolgd.
Opstellen en uitrichten
Voorbereiden van het voertuig
8