Printer Instelling Tool
Het dialoogvenster Geavanceerde afdrukinstellingen
1 Aanpassen referentiepunt voor afdrukken
U kunt het referentiepunt bijstellen (het nulpunt bij het afdrukken). Hiermee kunt u een verkeerde uitlijning
veroorzaakt door een verschil in printermodellen of vaste marges van bepaalde toepassingen corrigeren.
2 Afscheuren aanpassen
Pas de positie van het snijden aan wanneer het papier gesneden wordt met de scheurbalk.
Mogelijke instellingen: -10,0 tot 10,0 mm
3 Energieverbruik
Wijzig de instelling als het noodzakelijk is de hoeveelheid hitte (energie) van de printkop aan te passen,
bijvoorbeeld met speciaal papier
Opmerking
Mogelijk ontstaan er verschillen in contrast in het afdrukresultaat als gevolg van omgevingsfactoren en het
gebruikte papier. Wijzig zo nodig de instelling.
4 Mediasensor (Transmissie/opening)
Pas de precisie aan waarmee de sensor Transmissie/opening de opening (de lege ruimte) tussen
gestanste labels en de hoeveelheid licht die wordt uitgestraald door de sensor, detecteert.
U kunt instellingen opgeven als [Papiertypen] is ingesteld op [Print & Knip-label].
1
2
3
4
5
6
7
3
3
87