5. De warmtepomp is nu genummerd (WP2).
Wanneer u op OK drukt, verdwijnt (WP1 en WP3)* en
wordt de regel "Huidig adres/Nieuw adres" donker.
*In dit voorbeeld hebben we aangenomen dat de
warmtepomp met WP1 wordt aangeduid, dit is ook
de fabrieksinstelling. Wanneer de warmtepomp al
herbenoemd is, selecteer dan het betreffende nummer.
WP1
WP2
WP1
6. Nummer de andere warmtepompen:
Zet de volgende warmtepomp aan, die zal het nummer
warmtepomp 3 (WP3) krijgen.
WP1
WP2
WP1
7. Wacht 2 minuten.
8 Ga naar "Service/Stel adres in".
Selecteer "Huidig adres", druk op OK en druk op de
pijl-omlaag totdat de actuele warmtepomp wordt
weergegeven (WP1). Druk op OK.
Selecteer 'Nieuw adres', druk op OK en druk op de
pijl-omhoog totdat het huidig adres van de warmtepomp
wordt getoond (WP3). Druk op OK.
9. De warmtepomp is nu genummerd (WP3).
Wanneer u op OK drukt, verdwijnt (WP1 en WP3)* en
wordt de regel "Huidig adres/Nieuw adres" donker.
*In dit voorbeeld hebben we aangenomen dat de
warmtepomp met WP1 wordt aangeduid, dit is ook
de fabrieksinstelling. Wanneer de warmtepomp al
herbenoemd is, selecteer dan het betreffende nummer.
10. Herhaal de procedure voor het aantal warmtepompen
dat genummerd moet worden.
31
CTC EcoPart 400