Connectiviteit
DNS-adressen
servers in (indien vereist voor de serviceprovider). Neem voor deze adressen
contact op met uw internetprovider.
Proxyserveradres
Proxypoortnummer
WLAN-internettoegangspunten
Selecteer
Menu
Toegangspunt
en volg de instructies op het scherm.
Als u een WLAN-toegangspunt wilt bewerken, opent u een van de groepen met
toegangspunten en selecteert u een toegangspunt dat gemarkeerd is met
Volg de instructies van de WLAN-serviceprovider.
WLAN-netwerknaam
zoeken. Als u een bestaand netwerk selecteert, worden de WLAN-
netwerkmodus en WLAN-beveiligingsmodus bepaald aan de hand van de
instellingen van het toegangspuntapparaat.
Netwerkstatus
weergegeven.
WLAN-netwerkmodus
maken en apparaten rechtstreeks gegevens moeten kunnen verzenden en
ontvangen. Een WLAN-toegangspunt is niet nodig. In een ad-hocnetwerk moeten
alle apparaten dezelfde WLAN-netwerknaam gebruiken.
WLAN-beveiligingsmodus
(niet voor ad-hocnetwerken) of WPA/WPA2. Als u
geen codering gebruikt. De coderingstypen WEP, 802.1x en WPA kunnen alleen
worden gebruikt als deze door het netwerk worden ondersteund.
Homepage
— Voer het webadres van de startpagina in.
Toegangspunt gebruiken
apparaat om bevestiging vraagt voordat de verbinding via toegangspunt wordt
gemaakt, of
Automatisch
verbindt door dit toegangspunt automatisch te gebruiken.
122
— Voer de IP-adressen van de primaire en secundaire DNS-
— Voer het adres van de proxyserver in.
— Voer het poortnummer van de proxyserver in.
Instellingen
en
Connectiviteit
— Selecteer
— Hiermee geeft u aan of de naam van het netwerk wordt
— Selecteer
— Selecteer de gebruikte codering: WEP,
— Selecteer
als u wilt dat het apparaat met de bestemming
Bestemmingen
Handmatig opgeven
Ad-hoc
als u een ad-hocnetwerk wilt
Open netwerk
Na bevestiging
© 2009 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
.
of
Netwerken
802.1x
kiest, wordt
als u wilt dat het