Temperatuurweergave
De temperatuurweergave in het dis-
play geeft in de normale modus ofwel
de gewenste koelzonetemperatuur
weer, ofwel de gewenste diepvries-
zonetemperatuur.
Tip: U kunt naar de andere tempera-
tuurweergave overschakelen, als u op
de toets voor het instellen van de tem-
peratuur van de gewenste koelzone
drukt.
De juiste temperatuur
Wanneer er voor de koelzone of diep-
vrieszone een andere temperatuur
wordt ingesteld, gaat de weergegeven
temperatuur in de temperatuuraandui-
ding knipperen.
De gewenste temperatuur in de tem-
peratuurweergave diepvrieszone en
het alarmsymbool knipperen:
– De temperatuur ligt niet in het bereik
dat in de temperatuuraanduiding kan
worden aangegeven.
– De temperatuur in het apparaat is een
paar graden gestegen, wat wijst op
een koudeverlies. Tegelijkertijd klinkt
er een waarschuwingssignaal.
Dit koudeverlies is geen probleem wan-
neer dit is ontstaan om de volgende re-
denen:
– De deuren van het toestel waren vrij
lang geopend , bijv. om een grote
hoeveelheid voedingsmiddelen in het
toestel te leggen of eruit te halen;
– U hebt verse voedingsmiddelen inge-
vroren,
Is de temperatuur in de diepvrieszo-
ne vrij lange tijd hoger dan -18 °C,
controleer dan of de diepvriespro-
ducten geheel of gedeeltelijk zijn ont-
dooid. Is dat het geval, gebruik deze
voedingsmiddelen dan zo snel mo-
gelijk.
23