1 - Menu «ONDERHOUD»
Het "Onderhoud" menu wordt gebruikt om:
•
de goede werking van de aangesloten gereedschappen en variatoren te controleren.
•
de rotatie van het onbelaste gereedschap te testen.
•
het goede verloop van de cyclussen te testen.
•
de meetketen te ijken.
•
de in/uitgangen in beeld te brengen en te testen.
•
de lampjes aan de voorzijde van de stuurkast te testen.
•
naar het aantal door de stuurkast en/of gereedschappen uitgevoerde cyclussen te informeren.
1.1 - "Controle van poorten"
In dit menu kan de gebruiker voor elke poort detecteren wat er mis gaat wanneer:
•
het geheugen van het gereedschap niet correct gelezen wordt door de stuurkast.
•
de transductor een fout toont.
•
de variator een fout toont.
•
de motor niet draait.
Selecteer het element waarover u verdere details wenst en druk op
1.1.1 - Lezen van het EEPROM geheugen van het gereedschap
De volgende testen worden automatisch uitgevoerd wanneer dit scherm verschijnt.
Wanneer het gereedschap niet functioneert, dan geeft een bericht het fouttype aan.
B
Druk op
om het geheugen van het gereedschap opnieuw te lezen.
1.1.2 - Controle van de koppeltransductor
De volgende testen worden automatisch uitgevoerd wanneer dit scherm verschijnt.
Compensatie van de nul:
Het doel is de nulafwijking van een koppeltransductor te corrigeren. Wanneer de koppeltransductor onbelast is wordt de
nulwaarde van de transductor gemeten en deze waarde zal worden afgetrokken van de volgende meting van de koppel. Als de
compensatiespanning 400 mV overschrijdt is er een "compensatiefout" en kan de cyclus niet starten. De machine moet vervangen
worden. Deze test wordt uitgevoerd bij elke cyclusstart of bij elk NULST-commando.
Zodra dit scherm wordt weergegeven wordt er een compensatiemeting uitgevoerd (gemeten waarde) en vergeleken met de
referentiewaarde. Valideer en druk op
Test van het onevenwicht van het koppel:
Deze test heeft als doel het bewaken van de afwijking op lange duur van de koppeltransductor en van de versterking. De test
wordt automatisch gestart wanneer we in deze menu komen of bij elke cyclusstart of elk NULST-commando. Er wordt een
referentiewaarde voor het onevenwicht verstuurd naar de koppeltransductor. De uitgevoerde meting wordt vergeleken met de
laatst opgeslagen meting (referentiewaarde) en is af te lezen om de lijn "gemeten waarde".
Een verschil kleiner dan ± 0,5% toont een goede regeling. Wanneer de regeling niet juist is wordt de cyclusstart niet toegestaan
en moet men de gevoeligheid opnieuw corrigeren, vervolgens teruggaan naar dit scherm om de nieuwe referentiewaarde te
memoriseren.
B
Druk op
om de transductor opnieuw te testen.
1.1.3 - Controle variator
Dit scherm geeft informatie over de fout van de vermogenkaart van de variator.
B
Druk op
om de variator opnieuw te testen.
ONDERHOUD
HOOFDSTUK 6 - ONDERHOUD
K
om deze meting op te slaan als nieuwe referentiewaarde.
B
6159932250-02
Nederlands
37 / 102